Wednesday, January 31, 2007

François Carrier - Happening (Leo Records, 2007) ****


François Carrier is een fantastisch goede Candadese sopraansaxofonist. Zijn toon is warm, boterig, maar krachtig. Ik was al geraakt door zijn vorige CD's. "Travelling Lights" met Paul Motian en Gary Peacock is het muzikaal equivalent van een aquarel : gevoelig, precies, zacht, maar emotioneel sterk . "Play" is eerder een echt freejazz album met drum en bas, maar ook aanbevolen. Op "Happening", brengt Carrier zijn muziek nog een stap verder, met Mat Maneris viola en Uwe Neumanns sitar, een ongewone combinatie, en met zijn normale andere partners Pierre Côté op bas en Michel Lambert op drums. Deze dubbelaar is één lange collectieve improvisatie, met in het begin een zoekende en soms aarzelende benadering van de muzikanten, maar als het lange eerste nummer evolueert, raken ze ook vaste bodem en een duidelijke klankcoherentie. Dit is inderdaad ongewone muziek. Ze geeft het tegenstrijdig gevoel van een een groep die in je huiskamer speelt, terwijl de muziek de horizons wijd opent en pure eindeloze ruimte tevoorschijn tovert. De muziek heeft de bevrijdende onbegrensdheid van Jan Garbarek, maar zonder een zweem van Noorse kilte, wel integendeel, ze roept een zeer warme, bijna tropische charme tot leven. Een groot avontuur van vrije muziek. Ondanks Carriers uitzonderlijk respect voor zijn bandmaten en de grote soloruimte die hij hen biedt, vooral dan Maneri, is hij toch de ster van dit album. Hij beschikt over de uitzonderlijke kwaliteit om gevoelig en krachtig tegelijk te spelen. Een muzikant om te volgen. Als er dan toch één negatief dingetje moet worden gezegd, dan is het wel de minder goede geluidsmix : de sitar, die het al moeilijk heeft door haar beperkt stemgeluid, klinkt bij momenten zeer ver weg, maar dat mag de pret niet bederven.


For English version, click HERE

Hieronder een promofilmpje.

Tin Hat - The Sad Machinery of Spring (Hannibal/Rykodisc, 2007) ****


Tin Hat (Trio) is een groep die ik wel kan smaken. Noem het kamerjazz, noem het folkjazz, leuk is het wel. Hun kern bestaat uit Mark Orton (gitaar, dobro, banjo, piano, basdrum, bas harmonica) en Carla Kihlstedt (viool, viola, celeste, trompetviool, piano, bas harmonica, vocals). Accordeonist, pianist Rob Burger heeft nu blijkbaar het trio verlaten en is vervangen door Ben Goldberg (clarinet), Ara Anderson (trompet, speelgoedpiano, celeste) en Zeena Parkins (harp) (weg "trio" dus!).
Ik vind hen fantastisch omdat ze zo buiten elk genre staan, toch creatief zijn, een duidelijke muzikale visie hebben en de muzikanten hun instrumenten zo juist beheersen voor het soort muziek dat ze maken. En die muziek is zacht, niet opdringering, vriendelijk met karakter, bij momenten zoet maar met stekels. Om naar te luisteren op een zondagmorgen als het buiten regent. Is het jazz? Natuurlijk wel. Natuurlijk niet. Maar omdat jazz de spons is van alle genres, mogen we dit ook wel jazz noemen.


For English version, click HERE

Trompet Trio's - de lijst

Hier is de lijst van de door mij gekende trompet trio's (trompet, bas, drums).

Don Cherry - Blue Lake
Charlie Haden/Don Cherry/Ed Blackwell - The Montreal Tapes
Roy Campbell - Ancestral Homeland
Roy Campbell - Communion
Roy Campbell - Ethnic Stew & Brew
Tomasz Stanko - Bluish
Paul Smoker Trio - Genuine Fables
Trio East - Stop Start
Trio East - Best Bets
Chicago Underground Trio - Slon
Chicago Underground Trio - Chronicle
Hugh Ragin - Metaphysical Question
Raphe Malik/Cecil McBee/Codaryll Moffett - Storyline
Cuong Vu - Come Play With Me
Kahil El'Zabar/Lester Bowie/Malachi Favors - The Ritual
Tim Hagans - Audible Architectures
Herb Robertson - Falling in Flat Space
Herb Robertson - Sound Implosion
Ian Smith/ Simon Fell / Harris Eisenstadt - K 3
Michael Bisio Trio - Composance
Andrzej Przybielski/Marcin Oles/Brat Oles - Abstract
Dave Ballou - Insistence
Masahiko Togashi - Session In Paris, Vol. 1 (with Don Cherry & Charlie Haden)



Suggesties zijn welkom.


For English version, click HERE

Sunday, January 28, 2007

Exploding Star Orchestra - We Are All From Somewhere Else (Thrill Jockey, 2007) *****


Rob Mazurek is een geval apart. Met zijn Chicago Underground Duo/Trio/Quartet heeft hij enkele knappe CD's gemaakt. Solo heeft hij ook altijd avontuurlijke paden bewandeld met enkele missers ertussen, waaronder zijn concept van onderwatertrompet, dat wel een leuke vondst is, maar niet om een hele CD naar te luisteren. Ook zijn elektronisch Braziliaans experiment met de Sao Paulo Underground van vorig jaar was niet echt mijn ding. Maar nu is er het Exploding Star Orchestra, een mammoet van een album, een dijk van een CD, een kolos van een plaat : gestructureerde chaos, energie te over, intens met zachte stukken tussen, een bezetting om "u" tegen te zeggen, maar met een duidelijke coherente visie qua compositie én uitvoering. De CD bestaat uit drie stukken : Sting Ray and The Beginning Of Time, Black Sun, Cosmic Tomes for Sleep Walking Lovers. De eerste noten van de CD zeggen het al : met een Mission Impossible-achtige dreun wordt de "beginning of time" ingezet, met fluit, vibrafoon en trombone in de hoofdrol, met dan plots een totale ommekeer qua ritme en melodie voor het ganse orkest, maar het tempo blijft hoog en opzwepend. In één van de passages van het eerste stuk wordt onder andere de energie van een twintigtal sidderalen in een bak omgezet in geluid, wat als achtergrond dient voor de vrije improv. Maar laat dat u niet afschrikken : het werkt. Het tweede stuk is een introspectief pianostuk en het derde is vrije groepsimprovisatie, onderbroken met wat repetitief minimalistische ritmes, georchestreerde chaos, hecht samenspel en sterke solo's. Ik heb hier geen naam voor. Deze CD staat ook buiten elk gekend genre. Dit is geen big band, geen freejazz, geen avant-garde, geen experimentele muziek, geen mainstream, geen spirituele muziek, geen filmmuziek, maar toch wel een beetje van dat alles. Niet altijd voor gevoelige oren, maar iedereen zal de muzikale kracht van "We Are All From Somewhere Else" wel moeten erkennen. Een meesterwerk.

Rob Mazurek – Composer, Director Cornet, Electronics
Nicole Mitchell – Flutes, Voice
Jeb Bishop - Trombone
Corey Wilkes - Flugelhorn
Josh Berman - Cornet
Matt Bauder - Bass Clarinet, Tenor Saxophone
Jeff Parker - Guitar
Jim Baker – Piano, ARP Synthesizer, Pianette
Jason Adasiewicz - Vibraphone
John McEntire – Marimba, Tubular Bells, Edits, Recording Engineer
Matt Lux - Electric Bass Guitar
Jason Ajemian - Acoustic Bass
Mike Reed – Drums, Percussion, Saw
John Herndon - Drums


Bestellen of downloaden bij Thrill Jockey : http://www.thrilljockey.com/catalog/index.html?id=100386

For English version, click HERE

Alvin Fielder Trio - A Measure Of Vision (Cleanfeed, 2007) ***


Alvin Fielder is jazz-drummer en apotheker en één van de stichtende leden van de AACM in Chicago, voorwaar een ongewone combinatie. "A Measure Of Vision" wordt verder gedragen door Chris Parker op piano, Dennis Gonzalez op trompet, en de zonen van deze laatste draven op als gastmuzikanten : Stefan op vibrafoon, Aaron op bas. De eerste twee nummers zijn redelijk introspectief en door de bezetting, maar ook door de toon van Gonzalez, doen ze ook denken aan Tomasz Stanko. Dat verandert echter met "Camel" het derde stuk, waar de bas van Aaron de toon verandert en het geheel een stuk expansiever wordt, met prachtige solo's van vader Gonzalez, Chris Parker, Aaron Gonzalez en Alvin Fielder, allen netjes op een rijtje. Muzikaal wil het album het oude met het nieuwe verzoenen, en ook de titels duiden op een dicht-de-generatiekloof : "Your Sons and Daughters Shall Prophesy", "Your Young Men Shall See Visions", "Your Old Men Shall Dream Dreams". Whatever the bullshit, deze heren weten wat muziek maken is : ze citeren uit het standards songbook maar brengen het bij momenten naar een hoog niveau van abstractie, de genres vermengend. Het laatste nummer "The Cecil Taylor - Sunny Murray Dancing Lesson" is een plezier. Fielder is sterk, een economisch drummer die wel zijn accenten heel precies legt. Revelatie op deze CD is echter de door mij niet gekende pianist Chris Parker, die deze CD een stuk boven de middelmaat tilt.



For English version, click HERE

Thursday, January 25, 2007

Drake/Beger/Parker - Evolving Silence Vol. 2 (Earsay 2006) ****


Ondertussen moet het duidelijk zijn dat ik nogal wild ben van Hamid Drake en William Parker als het beste "drum&bass" duo ter wereld. En ook deze Evolving Silence bevestigt dit. Dit is de tweede CD van een reeks opnamens die het duo had in Israel met Albert Beger, een Israëlisch saxofonist/fluitspeler, die niet gekend is, en duidelijk volledig onterecht. Zijn spel is creatief, warm, precies, melodieus, gevoelig, en dit op beide instrumenten. Waarom deze CD in twee delen is uitgegeven is een beetje bizar, want ze vormen duidelijk één geheel, zelfs tot in de titels van de nummers toe. Beide zijn ook relatief kort (42 minuten en 40 minuten) en ze hadden dus bijna op één CD gekund. Ze zijn enkel te bestellen in Israël, maar ik moet zeggen, ik had ze na één week al en zonder enig probleem of bijkomende taksen.
De muziek dan : net wat ik graag heb. Pulserende en complexe ritmes met een zee van vrijheid voor het trio om zijn ding te doen. Je hoort ze genieten van hun eigen samenspel, reagerend, van richting veranderend, terugvallend op het basisthema om dan weer vrij te improviseren. Het eerste nummer is krachtig, furieus soms, maar ook melodieus. Het tweede nummer is een spontane improvisatie van dwarsfluit en bas, met Beger die zingt, roept, hijgt en knort door zijn instrument, maar altijd ritmisch, om te eindigen in een traag en mooi solo. Op "Funky Lacy" neemt Drake het initiatief, en krijgen we zijn typisch sterke slag met tussentikken, roffels, weggelaten slagen, een repetitieve Parker en Beger die er hard tegen aan gaat, funkend als de pest. Halverwege laat Beger de ruimte aan de ritmesectie om hun kunnen uit te stallen, om dan weer in te vallen voor de finale. "Skies of Israel" is een dreigend en traag nummer geleid en beheerst door Parker die een prachtige melodie uit zijn strijkstok tovert. Unisono dan met Beger op sax, om dan als slangen rond elkaar te kronkelen, de melodielijn volgend in zijn mogelijke en onmogelijke variaties. Je hoort de pijn, het verlies, de angst, de wanhoop, ... Het eindigt met de bas die schril gestreken wordt in de hoogste tonen, dwars door je hart gaand, dan weer gevoelig met sax en drums samen. Prachtig! Dit stuk alleen maakt deze CD de aanschaf waard.
Parkers dochter studeert in Israel, wat verklaart waarom hij er naartoe ging en er ook zijn Europese tournee startte vorig jaar.
Beide CD's zijn nu te downloaden via emusic.com.
In een doosje te verkrijgen via : http://labels.third-ear.com/


For English version, click HERE

Tuesday, January 23, 2007

Kahil El'Zabar - The Ritual

Nog een trompet trio (en er komen er nog aan). Dit is de eerste CD van Kahil El'Zabars Ritual Trio, nog niet met die naam. Eigenlijk zijn het twee leden van het Art Ensemble Of Chicago, Lester Bowie (trompet) and Malachi Favors (bas), die samen met El'Zabar één van hun eigen nummers spelen, Magg Zelma (uit Full Force, 1980). Dit is slechts één nummer, maar bijna 42 minuten lang. Dit is muziek met diepe SOUL, gevoelig, plechtstatig, open, echt, respectvol, intens. Niet langer op CD te vinden, wel nu op iTunes.





For English version, click HERE

Sunday, January 21, 2007

Trio X - Roulette At Location One (Cadence, 2006) *****


Een vreugdevol moment. De eerste CD's van 2007 rollen binnen en Roulette At Location One van Trio X maakt nu al aanspraken voor het eindejaarslijstje. Duval leidt de dans op Funny Valentines of War, met een contemplatieve start op bas, na enkele minuten spaarzaam aangevuld door Joe McPhee op sax en Jay Rosen op drums. Na vier minuten zetten Duval en Rosen een stevig ritme in terwijl McPhee My Funny Valentine traag en slepend brengt. Het contrast van de ritmesectie met de sax is groot, maar dan laat McPhee zich meeslepen en wordt het meer "war" dan "funny valentine", om dan weer van stemming te veranderen in een broos en ingetogen samenspel, en licht funkend te eindigen.
Het tweede stuk, Improv of Melodies and Themes brengt een losse aaneenschakeling van gekende thema's, met vooral Lonely Woman als centraal gegeven. Deze compositie van Ornette Coleman met McPhee op sopraan en Duval met strijkstok is nog dreigender en droeviger dan ooit. Dit zijn stukken die het trio al op meerdere andere live albums heeft gebracht en die hen dan ook goed in de vingers zitten, maar ze slagen er toch in om ze vernieuwend te brengen. Hetzelfde niveau, met herkenbare thema's in de andere nummers (Ellington, Monk) blijft aangehouden in de volgende nummers. De afwisseling tussen ingetogen stukken en intense passages, het technisch meesterschap en het telepathisch samenspel van de drie muzikanten is absoluut geweldig. Deze CD houdt alles in wat goede muziek moet zijn. Het beperkt aanwezige publiek is terecht enthousiast. Absolute aanrader.
Te downloaden via iTunes.




For English version, click HERE

Friday, January 19, 2007

Mâäk's Spirit - 5 (De Werf, 2006) **


Mâäk's Spirit is een Belgische jazz band die al vele avant-garde avonturen heeft opgezocht, met wisselend succes. Lives en Le Nom Du Vent waren de beste, hun samenwerking met Marokkaanse muzikanten en zangers op Al Majmaâ was minder gelukkig. Hun vierde CD bracht een combinatie van muziek en gesproken woord, iets waar ik allergisch voor ben, sorry. Op deze CD gooien ze het op een andere boeg : de verhalende stem blijft, maar de elektronica en de postproductie krijgen de bovenhand. Het geheel is uitermate gewelddadige muziek, noise-jazz of violent-jazz als deze termen al bestaan. De CD begint met een big band swing die klinkt of hij rechstreeks van de 78 toeren plaat uit een grammofoon komt. Maar dan neemt het geweld over, al dan niet met poëzie erbovenop, en het stopt niet tot het eind. Het laatste deel van de CD is opgenomen tijdens een live performance in Flagey in Brussel, die ik bijwoonde. Jean-Yves Evrard eindigde het laatste stuk met slechts één snaar op zijn gitaar, zo hard werd er geramd. Vergis je niet, dit zijn alle zes klassemuzikanten, maar de chaos, de elektronische vervorming en het geweld smoren de muzikaliteit die slechts af en toe de kop opsteekt. Misschien dat ik ze nog een tiental keer moet beluisteren om er waardering voor op te brengen. Je moet hen wel nageven dat ze niet bevreesd zijn om nieuwe paden te bewandelen, maar dit is mij net iets te veel.

Wednesday, January 17, 2007

John Appleton & Don Cherry - Human Music (Water 182, 2006) *


Dit bedoelde ik in mijn stukje over Don Cherry. Zijn openheid om nieuwe dingen te zoeken, heeft vaak geleid tot misbruik van zijn naam om iets onpopulairs toch een markt te bieden.

Deze CD heruitgave brengt elektronische muziek van het eerste uur, die meer technologie-gedreven is dan muziek bevat. Ik hoor enkel blips en dips en skrii en piep. Het is onduidelijk waar de inbreng van Appleton eindigt en die van Cherry begint, maar dit is in elk geval geen succes.

Te mijden.

Thursday, January 11, 2007

Trompet Trio - Paul Smoker - Genuine Fables


Nog een trompet trio dat ik vergeten was (zie één van mijn vorige berichten ivm Roy Campbell). Shame on me! Het Paul Smoker Trio met "Genuine Fables", met Ron Rohovit op bas en Phil Haynes op drums. Een prachtige CD, niet in het minst omdat het trio virtuozen de St. Louis Blues van W.C. Handy covert, een unieke versie. Weet, beste lezer, dat mijn eerste contact met jazz de Louis Armstrong elpee "Plays W.C. Handy" was, omdat mijn moeder een grote fan van Satchmo was (dank u, mama!), een brok muziek die in geen enkele collectie mag ontbreken. En Armstrong speelt de mooiste versie ooit van de St. Louis Blues op die elpee. Maar beginnen bij het begin. "Total Eclipse" is een nummer van Haynes waarop hij al zijn duivels loslaat : hij combineert de verfijning van Jack DeJohnette met het powerspel van Jim Black ... en dat 11 minuten aan een stuk. Rohovit volgt in ijltempo, maar Smoker blijft kalm en bezwerend, zich af en toe mengend in een spetterende trialoog, om dan een langgerekte melodie te brengen, terwijl Haynes met vier handen en vier voeten verder blijft drummen. Dan komt de St. Louis Blues, die een integere freejazz versie is van wat Armstrong hem voordeed, de geest respecterend, de vorm veranderend. Zelfs op de momenten dat er geen ritme of melodie meer te bespeuren is, blijft het herkenbaar, en dan valt het trio terug op de klassieke versie, meesterlijk. Het langste stuk, Tetra, is een 16 minuten durend epos van Smoker, gevolgd door Fables of Faubus van Mingus, en, geloof het of niet, Hello, Young Lovers, van Frank Sinatra, met opnieuw Haynes die er een ritmisch feest van maakt. En dat is het knappe van Genuine Fables : het trio haalt songs uit de oude doos boven, maar ze halen er de essentie uit, op een verrassende en vernieuwende manier. Smoker is zoals gewoonlijk technisch verbluffend, inventief en emotioneel sterk, maar ook Rohovit, die ik niet ken, komt sterk over. Phil Haynes blijft voor mij de meest geïnspireerde op deze CD. Echt de moeite.

Fred Anderson - Timeless, Live At The Velvet Lounge (Delmark 2006) *****


Fred Anderson speelt op deze CD voor het laatst in zijn eigen Velvet Lounge café in Chicago, dat vorig jaar werd gesloten om plaats te maken voor een nieuw appartementenblok. Ondanks zijn relatief frequente uitgave van nieuwe CD's, moest Fred Anderson zijn café openhouden om in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien. De tol van vele freejazz musici (sommigen verdienen zelfs meer geld als straatmuzikant!). Maar Fred zou Fred niet zijn, mocht hij niet terugvechten. Op 77-jarige leeftijd heeft hij de nieuwe Velvet Lounge geopend enkele straten verder. Een belangrijk event, want voor de hele Chicago freejazz scene was zijn café de place-to-be.

Maar dan de muziek. Anderson is een muzikale perfectionist, die blijft zoeken en oefenen om zijn instrument te kunnen beheersen. Zelfs vandaag nog wordt gezegd dat hij dagelijks uren oefent. Hamid Drake (drums) en Harrisson Bankhead (bas) vervolledigen het trio van topmuzikanten. Vier songs, tussen de 13 en 25 minuten : dat is telkens lang, en mochten deze heren niet zo goed zijn, we zouden geeuwend in slaap vallen. Maar wat ze brengen is verbluffend : zeer intens samenspel, en hoe ze na lange individuele solo's, tempowisselingen, plots samen het ritme herverdelen of gelijkmatig opnieuw het basisthema brengen, is sterk. De drie spelers voelen elkaar perfect aan en luisteren intens. Anderson is geen schreeuwer of hardblazer, hij heeft een zeer warme en doorleefde toon, zijn solo's zijn uitermate ritmisch en zoekend, en dat maakt voor mij al de helft van de lol uit. Hamid Drake is zijn meesterlijke zelf : ik ken weinig drummers die hun ritmes zo sterk beheersen en dan nog roffels, tikken, tussenslagen geven dat het een plezier is. Zijn speelgenot druipt eraf. Bankhead is rock-solid, houdt de basis erin, maar kan ook volgen en zelf zeer gevoelige stukken aangeven. Knap hoe hij tijdens zijn solo in "Ode To Tip" zich door Drake laat leiden en toch zijn ding doet. Los van de melodieën en ritmes, zijn het vooral die kleine details van het samenspel die dit tot een meesterlijke performance maken. De Amerikanen noemen dit "ear candy", "oorsnoepjes" zo je wil. Op "By Many Names", begint Drake op framedrums, samen met Bankhead die een repetitief motiefje speelt, en dan valt Anderson in, emotioneel, ingetogen, met een Afrikaans aandoende melodie, en jawel, na een tijdje begint Drake te zingen in zijn - intussen gekende - mengeling van Engels en een (fictief?) Afrikaanse taal (zie "Back Together Again" van Anderson en Drake, ook met film bij). De apotheose komt in het 25 minuten durende Timeless, een ritmisch sterk nummer met de mooie en ritmische saxlijnen van Anderson er bovenop. Het is fantastisch om te horen hoe de drie elkaar ideeën geven, opjagen, van richting doen veranderen, tempo's veranderen, ritmes veranderen (bop, funk, afro, ...), zonder de focus van de song te verliezen. Het nummer valt stil in het midden voor percussie en windbuis (!), om dan weer met meditatief/contemplatieve bas en sax op gang te komen. Bankhead brengt de schwung er weer in door een intenser triootje staccato tegen elkaar op, om dan weer in volle intensiteit het basisthema op te nemen. En het publiek reageert terecht enthousiast en ontroerd als Anderson het einde van zijn Velvet Lounge aankondigt. Als je vermogen groter is dan 20 euro, ren dan naar de winkel!
Van deze CD bestaat ook een DVD. Die heb ik jammer genoeg nog niet op de kop kunnen tikken.

Wednesday, January 10, 2007

Wadada Leo Smith/Adam Rudolph - Compassion (Meta Records, 2006)


Een unieke CD - trompet en percussie. Wadada Leo Smith en Adam Rudolph zijn beiden freejazz avant-gardisten, met een technisch zeer ruime bagage, niet bevreesd om totaal nieuwe uitdrukkingsvormen te vinden, maar altijd met een spirituele inslag. Vaak mislukken dit soort initiatieven omdat het muzikale minder aandacht krijgt dan het zoeken naar een nieuwe vorm. Zo hebben zowel Smith én Rudolph elk afzonderlijk al albums gebracht waar je echt héél open oren voor moet hebben om ze aan één stuk tot het eind te kunnen beluisteren. Anderzijds hebben beiden ook al zeer toegankelijke (relatief dan) en zeer mooie CD's uitgebracht (Smith : Kulture Jazz, Rudolph & Pharoah Sanders : Spirits).


Compassion is opnieuw een spirituele reis, die begint met eenzaam en stemloos trompetgesputter, dan aangevuld met wat losse roffels, als de beperkte klanken van de nacht. In het tweede nummer breekt de zon dan door en brengt Wadada langgerekte klanken, ondersteund door tibetaanse bel en gong van Rudolph. Dit is vrije en intimistische improvisatie zonder enige vooropgestelde structuur, maar een zeer authentieke gezamenlijke zoektocht naar ingetogen schoonheid en emotionele uitdrukking. Op Fragrance of Light, brengt Rudolph een wisselend ritme op kleine handtrommels, met een knappe improvisatie van Wadada. Het pièce de resistance is het lange "Love Rhythms, Heart Songs", waar Rudolph ook op zingt, soms met overtoon. In het allerlaatste stuk, The Caller and The Called, haalt Rudolph zijn dousn' gouni boven en krijgen we klanken die herinneren aan Codona met Don Cherry. Deze muziek zal iets moeilijker liggen bij wie duidelijke melodieën, structuur en harmonie verwacht. Dit is in elk geval geen flauw new-age gedoe, want ondanks de beperkte bezetting is deze muziek boeiend van begin tot eind, en blijft de focus van de twee muzikanten volledig gericht op het afleveren van een coherent muzikaal avontuur. Sterk!

De vele gezichten van John Zorn


John Zorn is een nogal speciaal figuur : duivel-doet-al van de moderne jazz.

Hij is :

1. een saxofonist : technisch goed, maar ik hou niet van zijn toon (dikwijls te koud : vreemd hoe bij Masada ook Dave Douglas die koele toon heeft, terwijl Cohen (bas) en Baron (drums) net een heel warme klank bieden).

2. een jazz-componist : vooral sterk in de mengeling van klezmer en jazz. Beste CD's zijn de live Cd's van Masada (Middelheim, Sevilla), maar ook Bar Kokhba en zijn String Quartet.

3. een film-componist : iemand die op enkele uren de score voor een film componeert (zo schrijft hij zelf op één van de hoesjes van zijn Filmworks (welke?). Leuke muziek om slechts éénmaal (allez, tweemaal) te beluisteren.

4. een muziekuitgever : Tzadik - brengt vooral klezmer (-jazz, -rock) en nieuwe muziek. Knap hoe hij jonge muzikanten kansen biedt, maar het moet dan wel zijn visie op de muziek zijn (klezmer in alle mogelijke hybriede vormen)

5. een commercieel genie : is erin geslaagd om iets onverkoopbaars tot een "branded" item te maken. Bij de Fnac heeft Tzadik zelfs al een aparte plaats op het schap!

6. een wild improvisator : vooral van de power moet hij het hebben

7. een eendelokfluitspeler : loop weg met je handen op je oren (The Art Of Memory).

8. een avantgardist : maakt muziek-collages, probeert nieuwe dingen, niet altijd succesvol, of toch niet echt mijn ding (Spillane, Kristallnacht)

9. een alleswatikdoemoetwordenuitgegeven-ist : meer dan 100 eigen albums op 25 jaar tijd, en de laatste jaren gemiddeld 6 tot 7 per jaar. Ook Zappa slaagde er niet in te selecteren wat goed was en niet. Een zwakte.
10. een romanticus : waarom anders zijn joodse erfenis zo in de verf zetten, en waarom bij momenten zo verschrikkelijk sentimenteel zijn?


Tot besluit : een kerel met een zeer open geest en ruime muzikale bagage, maar hij zou best iets selectievers zijn in wat hij brengt, en dan liefst met wat meer zelfkritiek. Ik vind hem fantastisch, ik vind hem afschuwelijk : selecteer en oordeel!


Hier is de lijst van mijn favorieten :


Masada - Live At Sevilla
Masada - Live at Middelheim
Masada - Live At Tonic
The Sony Clark Memorial Quartet
Bar Kokhba - Bar Kokhba
Bar Kokhba Sextet - 50th Anniversary, Vol 1, 2 & 3
The Circle Maker
Masada String Trio - 50th Anniversary
Masada String Trio - Azazel, Book Of Angels
The Gift
Filmworks IX - Trembling Before G-D
Filmworks XI - Secret Lives
Filmworks XII - Invitation To A Suicide
Filmworks XV - Protocols of Zion
Filmworks XVI - The Working Man's Death


En hier zijn enkele Tzadik cd's van de Radical Jewish Culture Series die je niet mag missen :



Paul Brody - Beyond Babylon
Rob Burger - Lost Photograph
Ken Butler - Voices Of Anxious Objects
Anthony Coleman - Sephardic Tinge
Anthony Coleman - Morenica
Anthony Coleman - My Beautiful Garden is Open
The Cracow Klezmer Band - De Profundis
Davka - Lavy's Dream
Davka - Judith
Davka - Live
Marty Ehrlich - Sojourn
Erik Friedlander - Grains Of Paradise
Koby Israelite - Dance Of The Idiots
Koby Israelite - Orobas, Book Of Angels, vol. 4
Frank London - Invocations
Frank London - Scientist At Work
Frank London - Hazonos
Jon Madof - Masada Rock
Jon Madof - Shalosh
Eyal Maoz - Edom
New Klezmer Trio - Melt Zonk Rewire
Psamim - Abi Gezint! (Belgian!)
Ned Rothenberg - The Lumina Recordings
Satlah - Exodus
Greg Wall - Later Prophets
Yves Weyh - Zakaryah
Doug Wieselman - Dimly Lit
Dany Zamir - Satlah
Dany Zamir - Children Of Israel

Ik vergeet er zeker een aantal, maar dit is al een goed begin.

Sunday, January 7, 2007

Either/Orchestra - Live in Addis


Wanna have fun? Leg dan deze CD op. Een twee uur durend afro-jazz feest met sterke composities en een hecht blazersensemble. Het Either/Orchestra is een mini-big band met 4 saxen, twee trompetten, trombone en ritmesectie. Op hun Cd "More Beautiful Than Death" hadden ze zich al laten inspireren door de Ethiopische muziek van Mulate Astatqe, maar op deze dubbel-CD zijn ze de meester zelf gaan opzoeken in Addis Abeba, hoofdstad van Ethiopië. De reeks Ethiopiques (uitgegeven door het Franse Buda Musique) is op zich de moeite waard, vooral dan Ethiopiques 4, met Mulate Astatqe zelf in de hoofdrol. Addis Abeba heeft blijkbaar een zeer levendige jazz-scene die zich sinds de jaren '60 enigszins parallel heeft ontwikkeld van de Westerse jazz. Astatqe, op keyboards, vibrafoon en percussie, doet zelf mee op een aantal nummers, samen met enkele leden van zijn band. De muziek is niet echt te beschrijven : afrikaanse ritmes, soms wat latin-invloeden, soms middenoosterse, zelfs wat balkanhoempa bij momenten, strakke blazerssectie, bijna non-stop drie percussionisten aan het werk, met ruimte voor alle solisten om hun ding te doen (en hoe!), opzwepend met af en toe toch een ingetogen moment, stuk voor stuk knappe melodieën, maar feest van begin tot einde en dat vindt ook het publiek dat zeer aandachtig luistert, klapt, juicht en tiert. Have fun too!

Waarom is freejazz de ultieme muziekvorm? (3)

Bij freejazz moet je gewoon je geordende rationele geest laten varen en je overgeven aan wat je overkomt. Freejazz kan een ontroerend moment zijn, absolute schoonheid, een opzwepend ritme, een pijnlijke noot, een dynamisch samenspel, een chaotische cacofonie, een verpletterende overrompeling, een trance-opwekkend gedreun, een verrassende wending, een magische melodie, een slag in het gezicht, rauwe emotie, een esthetisch summum, ... een muzikale ervaring. Freejazz zal je nooit onberoerd laten. Je vindt het slecht, of je vindt het goed. En ook voor de geoefende luisteraar is het het ene of het andere. Freejazz loopt op een zeer dun koord, en velen vallen eraf. Links de leegte, rechts de chaos. Dat is het avontuur van freejazz. Je neemt mee risico's als luisteraar. Het avontuur kan in een catastrofe aflopen, maar je kan weer veilig thuiskomen. Het risico is het jouwe, maar de beloning ook. Dus, mee intens luisteren. Laat gaan, die veilige haven!

Saturday, January 6, 2007

Kahil El'Zabar - Big M


Kahil El'Zabar is een klasse apart. Een directe discipel van de Association for the Advancement of Creative Music (AACM), de freejazz beweging in Chicago, waar ook de Art Ensemble of Chicago en Fred Anderson toe behoorden, heeft hij altijd zijn eigen weg gegaan. Kahil El'Zabar is een fantastisch drummer en percussionist; de ritmes zijn dan ook uitermate belangrijk en zeer sterk geïnspireerd door Afrikaanse muziek. Zijn stukken zijn meestal thematisch zeer repetitief en komen bezwerend, hypnotisch over. De eenvoud van de thema's laat de solisten toe om voluit te gaan. Ik denk trouwens dat zijn Ritual Trio het record heeft van het langste nummer : 1 uur 19 minuten 57 seconden, zeg maar 80 minuten (op "Ritual Trio with Pharoah Sanders Live")! Het gaat hem dus niet om de complexe harmonische veranderingen, wel om de energie, de kracht van de improvisatie, het plezier van het samenspel, de spiritualiteit.

Big M is opgedragen aan Malachi Favors Maghostut, de bassist van zijn Ritual Trio, die in 2004 overleden is. Kahil zou zijn beginnen drumles volgen op 14-jarige leeftijd na een optreden van het Art Ensemble of Chicago, sterk onder de indruk van het baswerk van Favors. Ook Ari Brown op sax en piano maakt deel uit van dit trio. Ari Brown is zelf de vervanger van de eveneens overleden Lester Bowie. Malachi Favors wordt opgevolgd door Yosef Ben Israel, en het trio op deze CD wordt aangevuld met Billy Bang op viool. Dit is zeker niet zijn sterkste CD, maar zeker het beluisteren waard. De twee dagen eerder live opgenomen CD "Live At The River East Art Center" is in mijn ogen net iets beter, iets intenser, iets energieker (maar moeilijker te vinden). Big M biedt alles bij elkaar toch een uur luisterplezier (en dat voor 7 nummers!) : de eindeloze creativiteit van El'Zabar op percussie, de warme, intense en vliegende sax van Ari Brown en de krachtige bas van Yosef Ben Israel, die Maghostut waardig vervangt. Enjoy!

David S. Ware - Surrendered


David S. Ware is een geweldenaar op de tenor, die zich in zijn verschillende bands altijd omringd heeft met het kruim van de Amerikaanse freejazz : Matthew Shipp, William Parker, Suzy Ibarra, Hamid Drake. Op deze CD speelt hij met Shipp (piano), Parker (bas) en Guillermo E. Brown op drums. Er zijn CD's waarop heel die band altijd in zijn functie speelt, en soms zelf amper zelf ruimte krijgt, zoals op sommige stukken van zijn driedubbelaar "Live In The World", wat niet noodzakelijk negatief is : Ware weet de aandacht wel te houden. Surrendered is in die zin iets anders. Ingetogen, melodieuzer, harmonieus zelfs, en dus iets warmer en toegankelijker. Het geheel heeft een sfeer van spirituals die je eerder bij Albert Ayler zou verwachten, de titel is niet voor niets Surrendered. Toch blijft zijn sax-spel 100% freejazz : geen klank blijft onbenut om naast serene geluiden ook wanhoop, angst, woede en vertwijfeling uit te drukken. Vorig jaar heeft David Ware een gelijkaardige "kalme" CD uitgebracht, Balladware, die mij iets te flauws is. Voor wie Ware niet kent, is Surrendered de beste introductie.


Friday, January 5, 2007

Other Dimensions In Music


Other Dimensions In Music is een unieke band. Met Roy Campbell op trompet en blokfluit, Daniel Carter op sax en trompet, William Parker op bas en Rashid Bakr op drums. De eerste CD die ik van hen kocht was "Time is of the Essence, The Essence is of Time", met bijkomend Matthew Shipp op piano, en die door All Music Guide de hemel werd ingeprezen. Die CD vond ik toen, en nu nog altijd, niet te beluisteren. Dus dacht ik : al de rest zal ook wel meer van hetzelfde zijn. Vorige zomer kreeg ik echter het boek "New York is Now : the new wave in free jazz" van Phill Freeman cadeau (dank u, Tom!). Daarin werd Other Dimensions in Music de hemel ingeprezen, maar werd "Time is of the Essence ..." als zeer slecht bestempeld. En inderdaad, nu heb ik hun twee andere CD's en die zijn absoluut fantastisch. Van het mooiste dat freejazz te bieden heeft.


Moraal van het verhaal : geloof critici nooit en oordeel zelf! (en zorg ervoor dat je af en toe een cadeau krijgt)


Vraag van het verhaal : maar moeten we dan echt alles eerst kopen voor we weten of het goed is?

(ik denk dat ik nu tijdelijk wat over Roy Campbell ga zwijgen)

Trompet trio's


Hier is nog een trompet trio waar ik niet meteen aan had gedacht (zie mijn vorige post ivm Roy Campbell) : Trio East, met Rich Thomson op drums, Jeff Campbell op bas en Clay Jenkins op trompet. Iets minder freejazz, maar toch avontuurlijk. Twee van hun CD's zijn op iTunes te verkrijgen (Best Bet sinds 1 januari, Stop Start sinds vorig jaar - check onder Rich Thompson en/of Jeff Campbell) Hun laatste CD is echt de moeite. Drie klassemuzikanten!

Vinny Golia - Sfumato


Sfumato van Vinny Golia is één van die CD's van vorig jaar die ik ontelbare keren na elkaar heb opgelegd (deels tijdens het schilderen van mijn badkamer - en dit is geen achtergrondmuziek : de muren hebben geleden). Op dit kwartet wordt hij vergezeld door Bobby Bradford (trompet), Ken Filiano (bas) en Alex Cline (drums). Golia, die zelf sopraan-sax, basfluit en basclarinet speelt, heeft op Sfumato sterke composities neergezet, die na het initiële thema al snel overgaan op groepsimprovisaties rond het thema. De manier waarop Bradford deze groep bijtreedt en de juiste dreigende sfeer weet te vinden, is sterk. Golia zelf haalt uit zijn instrumenten wat er uit te halen is : hoge dubbelklanken, schreeuwen, lange staccato stukken, maar ook bij momenten een fluwelen zachtheid. Cline is nooit minder dan efficiënt, met veel lichte toetsen. De echte pluim gaat voor mij naar Ken Filiano, wiens strijkwerk op de bas verbluffend precies is, en die zelfs de hoogste tonen van de solisten mee blijft ondersteunen. Deze muziek is free, maar dan gestructureerd vrij, geankerd in bop en blues, en het blijft swingen. Ik dacht dat deze CD van 2005 was, vandaar dat die niet in mijn freejazz Top-10 lijstje van 2006 voorkwam. Dat wordt nu rechtgezet. Een aanrader dus!

Thursday, January 4, 2007

Roy Campbell - Communion


Trompet trio's zijn redelijk zeldzaam (trompet/bas/percussie). Tomasz Stanko heeft er één (Bluish), Don Cherry heeft er twee (Blue Lake en op Charlie Haden's The Montreal Tapes) het Chicago Underground Trio heeft er één (Slon), maar dat is het zowat denk ik. Voorts zijn het variaties, met gitaar (Chet Baker), elektronica (Arve Henriksen), marimba (Schaphorst) maar dus altijd met een harmonische begeleiding. Wie er nog kent, mag me die altijd doorgeven. Anderzijds zijn er tientallen en tientallen sax trio's. Waarom dat zo is, is me niet meteen duidelijk. Zijn er meer saxofonisten dan trompetisten? Is de "range" van een sax groter om een ganse CD te blijven boeien? Wat het ook moge zijn, Roy Campbell heeft drie CD's met trompet trio : Ancestral Homeland, Ethnic Stew & Brew and Communion. William Parker speelt bas op de drie, de drummer is respectievelijk Zen Matsuura, Hamid Drake en Reggie Nicholson. De drie CD's zijn aanraders. Communion biedt in mijn ogen iets meer variatie in het spel dan de andere twee. Campbell is een technisch zeer sterk trompetist, maar zijn muzikale ruimte is nog een stuk groter. Stevig gebaseerd in de blues, met openheid naar muziek uit andere continenten. Echte free jazz dus, met open oren. Ondanks - of dankzij - de beperkte bezetting, krijgen de andere muzikanten veel kans om te soleren en ook hun muzikale inbreng te geven. Alles is er mogelijk : de openheid en ademruimte die wordt gecreëerd, wordt door het trio perfect ingevuld : meeslepend, gevoelig, meditatief, boeiend.

Wednesday, January 3, 2007

Michael Bates - A Fine Balance


In 2005 had Michael Bates, een Canadese bassist, al Outside Sources uitgebracht, een veelbelovende CD. Zijn tweede "A Fine Balance" staat in mijn top-10 van 2006. Outside Sources is nu de naam van de groep, die ook nog bestaat uit Quinsin Nachsoff op sax en basclarinet, Mark Timmermans op drums, en op deze CD nu ook Kevin Turcotte op trompet. Dit is jazz die put uit een veelheid van bronnen. Bates zelf vermeldt Shostakovich, Prokoviev, Miles Davis, Tony Malaby, Dave Douglas en muziek uit het midden-oosten. De muziek is wel 100% jazz, strak gecomponeerd met ruimte voor improvisatie. De toevoeging van Kevin Turcotte op trompet geeft op deze CD meer interactie en dus ook meer diepte en perspectief aan de muziek. Het is duidelijk dat Bates met zijn composities zoekt naar effect en schoonheid, en met succes. Het resultaat is avontuurlijke jazz, met in elk nummer voldoende bochten die je verrassen over het nieuwe zicht dat je krijgt eenmaal de draai genomen.


Meer info over Michael Bates op : http://www.outsidesources.org/info.html


CD's te verkrijgen bij www.CDBaby.com


Julius Hemphill - Dogon A.D.


Van bij de allereerste noten van dit album, weet je dat er iets speciaals aan de gang is. De cello van Abdul Wadud geeft een repetitief thema aan, ondersteund door het energetisch gedrum van Philip Wilson; Hemphill en Baikida Carroll spelen op sax en trompet de basismelodie er bovenop. Na een minuut of zo valt Carroll weg en begint Hemphill een betoverende sax solo. Wadud en Wilson blijven doorgaan met hun hypnotiserende basis, af en toe slechts fragmenten spelend van het thema, dat desondanks altijd impliciet aanwezig blijft. Na ongeveer 13 minuten verandert dat en leidt het contrapuntisch samenspel tussen de cello enerzijds en de blazers anderzijds tot een climactisch einde. Het stuk is fenomenaal door zijn eenvoud van vorm en kracht van uitvoering. "Rites", het tweede stuk, begint met sterk samenspel van de vier muziekanten, die dan snel hun eigen weg op gaan zonder focus te verliezen. "Painter", het derde nummer, brengt Hemphill op fluit. Deze CD is een absolute must voor wie van jazz houdt. Ze is jammer genoeg niet meer verkrijgbaar. Tim Berne had ze enkele maanden geleden op zijn website geplaatst (waarvoor onze dank, Tim), maar die is er nu weer van verdwenen.


Onbegrijpelijk dat deze LP niet na 35 jaar nog altijd niet op CD is uitgebracht. Daarom hier de download met dank aan een collega-blogger :
http://quandros.com/blog/dogon_ad.zip

Tuesday, January 2, 2007

Joe McPhee, Matthew Shipp, Dominic Duval - In Finland


Deze is er ook één van het eindejaarslijstje van beste CD’s. Joe McPhee (sax, trompet) en Dominic Duval (bas) zijn oude getrouwen. Ze hebben samen met Jay Rosen (drums) jaren als Trio X rondgetoerd en opgenomen.

Dit drumloos trio brengt drie lange stukken : Never Before, Never Again en In Finland.

Never Before begint met een zes minuten durende donderende piano-intro van Shipp, die door McPhee plots tot rust wordt gebracht. Duval haalt zijn meteen zijn strijkstok boven. De sax-partij van McPhee is heel lyrisch met vele langgerekte noten, wat Shipp dwingt om het rustiger aan te doen, maar dat is slechts tijdelijk. Het geheel ontploft in intens samenspel van de drie. Na twintig minuten krachtspel, begint McPhee My Funny Valentine aan te raken, en Shipp volgt meteen, traag, emotioneel en diep. Prachtig hoe ze dit half uur durende nummer tot een magistrale finale brengen. Never Again is een ode aan Monk, beginnend met Blue Monk. Merkwaardig dat McPhee begint zoals op een CD van Trio X “On Tour Toronto/Rochester” (2001) met zijn versie van hetzelfde nummer (en toevallig (?) was ook op dit optreden My Funny Valentine van de partij). McPhee stotterend en stemloos blazend op zijn pocket trumpet, hortend pianospel van Shipp en pulserend baswerk van Duval. Monk wordt uit elkaar gehaald in een chaotische verhaallijn, om plaats te maken voor nieuw opgebouwde schoonheid en kalmte, met McPhee op sax.

Het laatste nummer gaat voort in dezelfde stijl : open, avontuurlijk, sterk afwisselend.

Matthew Shipp is, ondanks zijn ongelooflijk pianospel, minder op zijn gemak in een volledige free omgeving. Dat bewees hij al op één van de CD’s van Other Dimensions in Music. Maar op deze Live In Finland, lukt de combinatie meer dan aardig.

Bridge 61 - Journal


Ken Vandermark behoeft geen introductie meer. In 1999 kreeg hij de MacArthur “Genius” Grant, een eer die enkel de groten als Ornette Coleman, Cecil Taylor en Anthony Braxton ten deel waren gevallen, maar die hij sindsdien probeert waar te maken. Een ruwe schatting brengt me op meer dan 100 CD’s waar hij sinds dan op heeft meegespeeld, in een 30-tal ensembles. Bridge 61 is één van de hoogtepunten van 2006, met Vandermark of sax en clarinet, Jason Stein op bas clarinet, Nate McBride op bas en Tim Daisy of drums. McBride speelt ook bas in Spaceways Inc., en Tim Daisy is de drummer van dienst bij Vandermark 5.

Ondanks al deze veelspelerij blijft Vandermark boeien, en Journal is daar een prima voorbeeld van. De nummers zijn gecomponeerd met veel ruimte voor improvisatie en het zoeken naar nieuwe effecten en klankcombinaties met een klein ensemble. Die kunnen gaan van aarzelend aftastend werk, zoals in Superleggera, over een meer bop-benadering in Atlas, tot funky werk als Nothing’s Open, met McBride op elektrische bas. De sax en de clarinet zoeken elkaar, respecteren elkaar en vullen elkaar aan. Op het wondermooie trage 29 Miles of Black Snow, krijgt McBride een lang solo, teder aangevuld door Vandermark en Stein. Op A=A/b=b beginnen bas en clarinet met een ritmisch sterke intro, om na vier minuten de hordestok door te geven aan drums en bariton sax : hetzelfde thema, andere muziek, na zeven minuten speelt de hele band tien seconden unisono het slot. De afsluiter “Shatter”, opgedragen aan gitarist Sonny Sharrock, speelt McBride afwisselend vervormde en niet-vervormde basgitaar. Het stuk heeft noise-rock elementen, maar blijft beheerst en fris afwisselend. De vier muzikanten blijven de ganse CD hetzelfde hoge niveau halen. De composities zijn ritmisch sterk en melodieus afwisselend. Aanrader.
Downloadbaar op www.emusic.com

Freejazz, free-jazz of free jazz?

In het Engels is het free jazz (in twee woorden). In het Nederlands is het freejazz (in één woord).

Free-jazz met een streepje tussen ben ik nog niet tegengekomen.

Bengt Berger - Bitter Funeral Beer


Deze CD is 25 jaar oud, maar toch meer dan het vermelden waard. Berger, een Zweedse drummer, gebruikt muziekopnamen van Ghanese volksstammen, en dan vooral rouwliederen, als achtergrond voor het meest treurige freejazz album denkbaar. Een mini bigband met stem, saxen, viool, trompet, xylofoon, elektrische gitaar, cello, bas en percussie met Don Cherry op pocket trumpet, brengt één van de meest uitzonderlijke muziekvormen denkbaar. Dit is geen afro-jazz, dit is geen wereldmuziek, dit is een bizarre cocktail van Afrikaanse ritmes, aangevuld met een zeer ongewone bezetting. Sterk ritmisch, bezwerend, repetitief én afwisselend (how about that?). De band is me totaal onbekend (allemaal Zweden), maar doet wat ze moet doen. Cherry is absoluut glorieus. Het laatste nummer op de CD "Darafo", is een 22 minuten durend muzikaal feest, en alleen al de prijs van de aanschaf waard.
PS - Ik heb nadien nog andere CD's van Berger gekocht, maar die zijn niet te vergelijken : niet doen dus.

Kwestie van 2007 repetitief in te zetten

freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz freejazz

Dennis Gonzalez - No Photograph Available en The River Nile Suite


Dennis Gonzalez is een ondergewaardeerde trompetist en zijn muziek is ook moeilijk te vinden. De CD Nile River Suite is te beluisteren op de website van Gonzalez, maar voor jullie gemak nu hieronder integraal beschikbaar. Nile River Suite is een prachtige CD, met Gonzalez en Roy Campbell op trompet, Sabir Mateen op sax en fluit, Henry Grimes op bas en Michael Thompson op drums. De muziek is traag, kabbelend, met af en toe midden-oosterse melodische inslag, maar niet nadrukkelijk, met heel veel ruimte voor de solisten, voortgedreven door de blazers, en een bij momenten hypnotische ritmesectie (Gonzalez kreeg ooit het verwijt de solisten té veel ruimte te geven, een verwijt dat hij nu gelukkig tot handelsmerk heeft gemaakt). De muziek geeft het gevoel ter plekke gecomponeerd te zijn, en dat lukt normaal met drie blazers niet echt altijd, maar dit quintet luistert en volgt de initiatieven van de anderen om er dan zelf een eigen wending aan te gaan geven. Zeer warme, avontuurlijke maar toegankelijke muziek. De CD is nu terug uitgebracht. Het nadeel is natuurlijk dat je ze niet langer kan downloaden van de website van Gonzalez.


No Photograph Available is voor mij één van de beste CD's van 2006, met Gonzalez op trompet, Charles Kohlhase op sax, Joe Morris én Nate McBride op bas (samen), en Croix Gallipault op drums. Deze laatste is een 19-jarige leerling van Joe Morris. Ik ga hier niet veel over schrijven : kopen is de boodschap!




River Nile Suite : hier te beluisteren op Mp3

Lyons In Lyon (For Jimmy Lyons)

Sand Baptist

The Nile Runs Through New York (Part 1a)

The Nile Runs Through New York (Part 1b)

The Nile Runs Through My Heart (Part 2)

The Nile Runs Through Us All

Hymn For The Ashes Of Saturday

Waarom is freejazz de ultieme muziekvorm? (2)

Uiteraard nog steeds een zuiver subjectieve analyse.

Freejazz is het absolute symbool voor alles wat belangrijk is in het leven : absolute vrijheid, openheid van geest, luisteren naar anderen, openheid naar de wereld, creatief zijn, emotioneel rijk en intelligent. (Tough luck voor wie geld belangrijk vindt : je wordt er niet rijk van).

Geen enkele muziekvorm is zo open naar andere muziek als freejazz. En dat is ook normaal : door de afwezigheid van enige opgelegde vorm, is het heel gemakkelijk om andere muziek te incorporeren. Dat was de grote missie van Don Cherry - de grote muzikale rijkdom van de wereld te kunnen onderbrengen in zijn muziek.

Freejazz is ingaan tegen patronen, ook die van jezelf. Dat is ook één van de redenen waarom freejazz zo moeilijk is om te spelen. De meest muzikanten krijgen automatismen in hun spel, patronen die in de vingers zitten en die spontaan overnemen als je begint te improviseren. De echte improvisator moet zich daar juist van losmaken. Niet simpel én je moet kunnen luisteren naar de andere spelers : thema's die je nooit gehoord hebt, plots overnemen en er zelfs iets mee doen.

Waarom is freejazz de ultieme muziekvorm? (1)

Waarom is freejazz de ultieme muziekvorm?
In mijn ogen, en dat is natuurlijk een zuiver subjectief gevoel, is freejazz de emotioneel en muzikaal rijkste muziek die ooit is gemaakt. Klassieke muziek kent vooral een esthetische emotionaliteit, ze werd wat emotioneler in de romantiek (dreigender vooral, opzwepender), maar dat is het dan zowat. De jazz bracht plezier in de performance, in het luisteren ("fingerpopping"!), in het dansen. De blues bracht er droefheid in, maar ook wat fun met de boogies. De rock bracht woede en protest in de muziek. Maar freejazz... freejazz biedt gewoon alles : droefheid, woede, plezier, vertwijfeling, dreiging, eenzaamheid, aarzeling, pijn, genot, vreedzaamheid, ontzetting, ... Freejazz biedt die directe uitdrukking die niet langer wordt gevat in ritme of melodie. Maar om freejazz echt te kunnen genieten, moet je naar de volledige stukken luisteren, je moet bij momenten de chaos erbij nemen om het genot te kunnen ervaren. Freejazz is inderdaad een genre waar je volledig in moet opgaan. Dit is geen behangmuziek, je moet er naar luisteren. Luister naar Joe McPhee, luister hoe zijn bijna tot menselijke uitingen dwingt (hijgen, fluisteren, aarzelend, bedeesd, maar ook brullen en schreeuwen), luister naar de bas van Charlie Haden op "Silence", luister naar de trompet van Ahmed Abdullah op Song Of The Times, luister naar de sax van Vandermark, Vinny Golia of Frode Gjerstad. Luister naar hen. Freejazz is rauwe emotionaliteit!

Hoe begin je met freejazz?

... in mijn geval per vergissing. Ik was in vroeger jaren een echte fusiongek, vooral dan John McLaughlin , maar ik had ook de LP "Timeless" van John Abercrombie met Jan Hammer en Jack DeJohnette. Toen ik een nieuwe LP vond met Abercrombie en DeJohnette heb ik die meteen gekocht. Alleen was dit geen fusion, maar freejazz, met Lester Bowie op trompet en Eddy Gomez op bas. Ik vond die muziek eerlijk gezegd echt niet om naar te luisteren, maar omdat ik hier geld voor had betaald, heb ik me verplicht om er naar te luisteren (als zelfstraf om af te leren om te kopen zonder eerst te beluisteren!). En jawel, na zo ongeveer 30 keer beluisteren vond ik die muziek niet minder dan fantastisch. Sinds dat moment ben ik freejazz blijven kopen. En toegegeven, zelfs na al die jaren, zijn er zaken tussen die ik ook echt niet kan beluisteren, alleen is mijn gevoel voor zelfstraf met de jaren wat afgezwakt.

Monday, January 1, 2007

De Top 10 Worldjazz

Worldjazz is de combinatie van jazz met wereldmuziek. Wie een andere naam kent, mag me die geven. De essentie van de muziek is wel dat het nog om jazz gaat.

Hier is mijn favoriete lijstje :

  • Rabih Abou-Khalil - The Sultan's Picnic
  • Anouar Brahem - Astrakan Café
  • David Chevan - The Days of Awe
  • Codona - Codona (1, 2 én 3)
  • Davka - Live
  • Peter Epstein - Lingua Franca
  • Jerry Gonzalez - Y Los Piratos Del Flamenco
  • Soriba Kouyaté - Live In Montreux
  • Frank London - Invocations
  • Hafez Modirzadeh - People's Blues
  • Natraj - Meet Me Anywhere
  • Paradox Trio - Source
  • David Yengibarian - Pandoukht
  • John Zorn - Bar Kokhba
  • Ravi Padmanabha & Daniel Carter - Nivesana

Charlie Haden - Portret

Charlie Haden is de grootste sentimentalist van alle moderne jazzers. Hij is altijd politiek geëngageerd geweest, en zijn muziek wil dit engagement ook weergeven, van zijn Liberation Music Orchestra in de jaren '70 tot zijn CD "Not In Our Name" van vorig jaar. Haden is een oersterke bassist, die van bij het begin bij het Ornette Coleman quartet was, samen met Don Cherry en Billy Higgins. Nadien was hij de vaste bassist van het Keith Jarrett Amerikaans quartet, met Paul Motian en Dewey Redman. Samen met Redman, Ed Blackwell en Don Cherry vormde hij de band Old & New Dreams, één van de beste jazz-bands ooit, die de muziek van Ornette Coleman technisch verfijnden. Tussendoor maakte hij nog enkele folk jazz CD's met Jan Garbarek en Egberto Gismonti. De meest jazzy band was zijn Quartet West, met pianist Allan Broadbent, saxofonist Ernie Watts en drummer Larance Marable. Al zijn Liberation Music Orchestra CD's zijn het zoeken en beluisteren waard. Van de allereerste met als titel "Liberation Music Orchestra", tot de tweede incarnatie van deze band op de "Montreal Tapes : The Liberation Music Orchestra" en nu de derde incarnatie "Not In Our Name". Maar het waren altijd topmuzikanten : Don Cherry, Carla Bley, Paul Motian, Andrew Cyrille, Dewey Redman, Branford Marsalis, Tony Malaby, Matt Wilson, Chris Cheek, Joe Lovano, Mick Goodrick, Ray Anderson, Roswell Rudd, Amina Claudine Meyers, Geri Allen, ... De constructieve chaos van de eerste groep heeft plaatsgemaakt voor een zeer sentimentele uitvoering vorig jaar. De CD is gericht tegen de oorlog in Irak en vermengt big band jazz met Amerikana (America The Beautiful, Lift Every Voice, Amazing Grace), maar de woede, de radeloosheid, de emoties die hij bij de eerste CD's opriep zijn hier niet aanwezig.

Top 20 freejazz albums aller tijden

Hier is een uiteraard onvolledige lijst, en naar mijn eigen persoonlijke smaak.

  • Ahmed Abdullah - Song Of The Times
  • Fred Anderson - The Milwaukee Tapes, Vol. 1
  • Bengt Berger - Bitter Funeral Beer
  • Carla Bley - Escalator Over The Hill
  • Roy Campbell - Communion
  • Don Cherry - Complete Communion
  • Don Cherry - Nu - BBC Sessions
  • Ernest Dawkins - Mean Ameen
  • East New York Ensemble De Music - At The Helm
  • Eight Bold Souls - Sideshow
  • Kahil El'Zabar - The Ritual
  • Ethnic Heritage Ensemble - Freedom Jazz Dance
  • The Gift - Live At Sangha
  • Dennis Gonzalez - Nile River Suite
  • Charlie Haden - The Ballad Of The Fallen
  • Julius Hemphill - Dogon A.D.
  • Keith Jarrett - The Survivors' Suite
  • Charles Lloyd - Sangam
  • William Parker - Raining On The Moon
  • Matthew Shipp - Pastoral Composure
  • Wadada Leo Smith - Compassion
  • Spaceways Inc. - Version Soul
  • John Surman/Jack DeJohnette - Invisible Nature

Waarom Don Cherry?

In ode aan Don Cherry staat hij standaard afgebeeld op de linkerkant van deze blog. Waarom? Omdat hij de verpersoonlijking is van alles wat freejazz voor mij betekent. Hij is zeker niet de structurele vernieuwer zoals Ornette Coleman, of een beeldenstormer zoals Albert Ayler, of een trancendente spiritualist zoals Coltrane in zijn late jaren, maar hij vertegenwoordigt de ongeremdheid, de openheid van geest, het respect voor de muziek van de andere (wie dat ook moge zijn), de zin voor avontuur die eigen is aan freejazz. Maar wat hem zo uitzonderlijk maakt is het speelplezier dat al zijn muziek uitstraalt. Of het nu op zijn eigen CD's is, of die van Old & New Dreams, of bij Codona, of bij wie dan ook, Don Cherry heeft er ongelooflijk veel plezier in om die muziek te maken. Dat hoor je. Hij brengt een warmte in de muziek die je bij weinigen terugvindt. Zeker, er wordt hem soms verweten technisch minder sterk te zijn op trompet dan anderen. So what? Wat brengt hij ermee? Wat weekt hij los? Wat roept hij op? Dat zijn de vragen. Het ging Don Cherry ook niet om de techniek. Niet alles wat hij heeft gemaakt, is geslaagd. Daarvoor zocht hij teveel naar nieuwe vormen : wereldmuziek, fusion, mainstream, freejazz. Een allegaartje waar je in moet gaan zoeken. Hij liet zich soms ook gebruiken om andere muzikanten wat meer aandacht te geven. Absolute aanraders zijn Complete Communion, Symphony for Improvisers, Nu (BBC Sessions), Brown Rice, Multikulti en alle Old & New Dreams albums. Wie meer van jazzy wereldmuziek met een new-age tintje houdt, moet Codona beluisteren.

Carlos Barretto - Lokomotiv


Da's eens iets anders. Freejazz uit Portugal. Carlos Barretto is een bassist die nog met Steve Lacy, Mal Waldron en Barry Altschull heeft gespeeld. Hij wordt op "Lokomotiv" begeleid door Mario Delgado op elektrische gitaar en José Salgueiro op drums. De Fransman François Corneloup speelt op de helft van de nummers mee op bariton sax. Helemaal freejazz is het ook niet, eerder "modern creatief" wat dat ook moge betekenen. Door de gitaar van Delgado heeft het geheel een nogal fusion tintje, maar niet meer dan dat. Het gaat hier niet om technisch vertoon op de instrumenten, wel om de muziek. Het eerste nummer "Lokomotiv" zet meteen de toon, een sterke, hijgende (letterlijk) baslijn, een aarzelende gitaaraanzet, de drums die licht invalt en de bariton die dan het geheel op gang trekt en eenmaal op gang van ritme verandert, een korte break en de hijgende bas zet weer aan van bij het begin (ok - het is een locomotief). Eirò is iets rustigers, opnieuw met een mooie en lange gecompliceerde baslijn, waar de gitaar sterk vervormd begint op te reageren, eerder met geluiden en klanken, na enige tijd ondersteund door de funkende drums, om dan open te barsten in een onverwacht pompende unisono gitaar/arcobas van het thema, om dan weer redelijk free verder te gaan. Op "Klinfrik" speelt Salgueiro framedrums, met een melodieuze sax-partij. Het vierde nummer begint dan weer met een Robert Fripp-achtige zenuwachtige gitaarintro, gevolgd door trage arcobas en baritonsax, om dan te evolueren tot een funk-duel tussen sax en drums, met de arcobas die het geheel komt ondersteunen. You get the picture. Veel verrassingen, veel contrasten, maar ze komen zelden als echt gezocht over. Luisterplezier van begin tot einde.

De plastieken sax van Ornette

Beste Ornette, niemand kan overschatten wat je betekend hebt voor de jazz-geschiedenis, maar grijp alsjeblieft terug naar je plastieken sax. Je nieuwe CD "Sound Grammar" werd door de pers de hemel ingeprezen, en toegegeven, de muziek is niet slecht, maar niet echt avontuurlijk meer. De klank van je sax is echter vreselijk (over je viool zwijgen we best helemaal). Of was het opnieuw je plastieken sax? Wat het ook moge zijn, verander graag.
Groeten,
Stef

School Days - In Our Times

School Days is één van de 30 bands waar Ken Vandermark in meespeelt (en grotendeels leidt). Deze band is een samenstelling met de ritmesectie van de Noorse groep The Thing, Ingebright Haker-Flaten op bas en Paal Nilssen-Love op drums, samen met vibrafonist Kjell Nordesen en Vandermark 5 trombonist Jep Bishop. Om het nog even complexer te maken. Het eerste nummer Another Double, opgedragen aan Havard Wiik, de pianist van de Noorse band Atomic, waar Haker-Flaten en Nilssen-Love ook lid van zijn, vliegt er meteen hard in, Vandermark leidt de dans, maar de vibrafoon krijgt de grootste soloruimte. Het tweede stuk is 100% Vandermark, full energy, maar geankerd in een stevig ritme en met een leuke begeleiding van Nordesen. Het derde stuk is wat klassieker, met een ééntonig begeleid drumsolo (waarom dit erbij moet heb ik nooit begrepen, noch hier noch elders). In "Shift", een traag nummer komt de vibrafoon pas echt goed tot zijn trekken, met prachtige begeleiding van Bishop en Vandermark. De band sluit af met Elephantasy van Don Cherry. Op de één of andere manier voldoet het geheel me toch niet erg. De sax van Vandermark klinkt bij momenten te vol voor de wat schriele klank van de vibrafoon. Het Dave Holland Quintet met gelijkaardige bezetting klinkt een stuk voller en intenser dan School Days.

Waar vind ik freejazz?

Er zijn weinig muziekwinkels in België die recente free-jazz hebben aan te bieden. Soms wel één CD, soms meer, maar meestal is het toch armoede troef. Het internet is de enige manier : bestellen dus op de sites van de platenmaatschappijen of verdelers. Voor de tientallen (honderden?) CD's die ik zo heb gekocht, heb ik nooit een probleem van levering gehad. Soms duurt het wel enkele weken, soms betaal je hoge taksen (zeker vanuit de VS!), maar meestal is dat niet het geval. Downloaden kan ook van de betaalsites : http://www.emusic.com/, iTunes, http://www.musikkonline.no/; http://www.starzik.fr/; http://www.jpc.de/; enz. Maar zoeken en blijven zoeken is meestal de boodschap.

Top 10 freejazz 2006

Het zijn er natuurlijk meer dan 10, maar de keuze is moeilijk, ook om ze in een bepaalde volgorde te plaatsen. Daarom, gewoon een lijstje zonder rangschikking. Ik weet niet zeker of ze alle in 2006 zijn uitgebracht, maar toch zo ongeveer.

Hamid Drake/Albert Beger/William Parker - Evolving Silence Vol. 1
Kahil El'Zabar - Big M
Fred Anderson - Timeless, Live At The Velvet Lounge
Michael Bates - A Fine Balance
Bridge 61 - Journal
Rob Brown - Radiant Pools
John Coltrane - One Up/One Down
Ernest Dawkins - The Messenger
Dennis Gonzalez - No Photograph Available
Kidd Jordan - Palm Of Soul
Adam Lane - Music Degree Zero
John Lindberg - A Tree Frog Tonality
Joe McPhee/Matthew Shipp/Dominic Duval - Live In Finland
Myra Melford - The Image Of Your Body
Romano/Sclavis/Texier - African Flashback
Wadada Leo Smith - Compassion
Tripleplay - Gambit

Vinny Golia - Sfumato

The Gift - Live At Sangha


Ik ben altijd een grote fan geweest van Roy Campbell (trompet, fluit), die in mijn ogen de echte erfgenaam is van Don Cherry. Ik had al zijn schitterende CD's met William Parker en Hamid Drake, maar deze heb ik gekocht zonder te weten waaraan me te kunnen verwachten. Campbell speelt er samen met William Hooker (drums) en Jason Kao Hwan (viool). Op zich al een rare combinatie, maar de CD is één lang stuk zuivere improvisatie, met trage, hectische, intense, treurige passages tussen. Ik heb deze CD tientallen malen als gehypnotiseerd beluisterd. Dit is muziek die tegelijk onnoemelijk open en vrij is, maar tegelijk uitzonderlijk toegankelijk en emotioneel heel sterk : free-jazz op zijn best. Campbell en Hwan cirkelen om elkaar heen, en vullen elkaar sterk aan door de warme akoestische klank van Campbell en de elektronisch vervormde klank van Hwans viool. Hooker volgt dit samenspel prachtig maar roept hen regelmatig ritmisch tot de orde en verandert met enkele slagen de richting van de improvisatie. Deze CD heeft voor mij een nieuwe manier van beluisteren geopend. Het was alsof ik door een deur stapte die mij plots alle free-jazz die ik tot dan toe ontoegankelijk vond, ging doen appreciëren (Joe McPhee en Vinny Golia waren de eersten om bijgesteld te worden). Een must.

Freejazz & politiek

OK - onze vrienden free-jazzers hebben het zo niet op de Bush administration voorzien, en terecht. Nadat ik enkele uren geleden een bericht schreef over The Nu Band die een nummer bracht met de titel "Four of Them", beginnend met een lange uitleg en gericht tegen Dick Cheney, Donald Rumsfeld, Condoleeza Rice and George Bush, luister ik nu naar Spirals/The Berlin Concert van Ullman, Stevens, Fonda en Schuller, waar een nummer de titel heeft "Three" met een - opnieuw - gesproken inleiding van enkele minuten tegen het optreden van de VS in Irak. De drie van dienst zijn dit keer "these very sick fellows" Dick Cheney, Donald Rumsfeld en Paul Wolfowitz - "the real architects of war".
Free-jazz, verlos ons van het kwade. (Spirals is als CD ook het beluisteren waard).

William Parker - Raining On The Moon - (Thirsty Ear, 2002) *****


Er zijn echt weinig jazz CD's waar ik zo hard van geniet als van deze. Echt free-jazz is ze niet, ondanks de reputatie van Parker als free-jazz bassist met zijn andere bands The Little Huey Orchestra en In Order To Survive. Deze CD swingt als de pest maar vol vrije improvisatie en brengt de blues-roots uit de jazz sterk naar voor. Leena Conquest zingt op vijf van de acht nummers, en ze zingt teksten die zowel absurd zijn als maatschappelijk geëngageerd. Rob Brown op sax, Louis Barnes op trompet zijn schitterend, maar de echte show (naast Conquest) is voor Parker en Hamid Drake. Ze hebben natuurlijk honderden keren samengespeeld en dat is er aan te horen. Muziek om bij te lachen van plezier, je strot te voelen samenknijpen van de emoties. Een absolute aanrader.

John Lindberg - A Tree Frog Tonality


Deze CD biedt een sterke combinatie van kamermuziekachtig muziek en free-jazz. Met zeer gestructureerd aandoende stukken, opgevuld met sterke vrije improvisatie. De muzikanten zijn weergaloos : John Lindberg zelf op contrabas, Wadada Leo Smith op trompet, Larry Ochs op sax en Andrew Cyrille op drums. De sfeer evolueert van sterk intens samenspel van de hele groep tot melancholische duo's. De vier muzikanten zijn goed op dreef. Ik was niet zo zot van de vorige CD's van Lindberg, maar deze steekt er met kop een schouders boven uit. Een absolute aanrader.

Lonely Woman

Lonely Woman is waarschijnlijk het mooiste stuk muziek dat uit de pen van Ornette Coleman is gevloeid. Het is melancholisch, filmisch, slepend en stokkend tegelijkertijd, het klinkt als gehuil met gesnik tussendoor. Het is niet zonder reden tientallen malen gecovered. Van de speelstijl van Ornette zelf moet ik niet veel hebben. Maar de covers van Old & New Dreams, 8 Bold Souls en Ahmed Abdullah behoren tot de beste versies van het stuk, niet toevallig alle drie langer dan tien minuten.

The Nu Band Live



De Nu Band brengt met deze CD een vervolg op Live At The Bop Shop. De band bestaat uit Roy Campbell (trompet), Mark Whitecage (sax), Lou Grassi (drums) en Joe Fonda (bass). Alle vier virtuozen op hun instrument die reeds een lange staat van dienst hebben en elk CD's in eigen naam op de markt hebben gebracht. The Nu Band Live is een prachstuk. Startend met enkele vastgelegde melodische lijnen wordt het thema uiteengehaald en uitgebreid. Dit is luisterplezier van begin tot einde, intens en melodieus zonder schreeuwerig te zijn. Alleen het laatste stuk, een aanklacht tegen de Bush-administratie brengt muzikaal weinig bij.