Tuesday, July 31, 2007

Chris Kelsey - The Crookedest Straight Line, Vol.1 (CIMP, 2007) ***½


Het lijkt weer "in" te geraken om inside-out te gaan spelen, startend met strakke thema's die verwijzen naar de roots van de jazz, om vanuit die uitvalsbasis op vrije verkenning te gaan. Sopraansaxofonist Chris Kelsey gebruikt ook deze benadering voor zijn prima kwartet, dat verder nog bestaat uit John Carlson op trompet en bugel, François Grillot op bas en Jay Rosen op drums. Het eerste nummer "Post Modern Time" is een heerlijk stukje freebop, met walking bass en vol energie, en wordt gevolgd door het prachtige "Poor Relations", een zeer abstract, trager stuk, dat van bij het begin zeer vrij evolueert, met afwisselende solo's van de blazers om dan redelijk onverwacht met een unisono thema te eindigen. En dat unisono spel gaat verder in het derde nummer, qua kleur vergelijkbaar, met een relatief complex uitgesponnen thema en dito ritme, dat de basis legt voor knappe solo's van zowel de sax als de trompet. "Fangle" begint opnieuw boppish, met plotse tempo en ritmewisselingen in het thema, op z'n Ornette Colemans, en dan scheurt John Carlson er vandoor op trompet, een plezier om te horen, met Rosen die we zelden zo traditioneel ritmisch horen spelen, hard, intens en raak ondersteunend, om dan de ruimte te laten voor een even verschroeiend solo van Kelsey, terwijl de ritmesectie maar verder blijft hameren. En dan begint Carlson plots boven al deze intensiteit traag en zacht, bijna romantisch te soleren, en brengt deze helse machine tot rust, wat traag geroffel van Rosen en opnieuw het beginthema. En dat is het leuke aan deze band : de vier muzikanten vullen elkaar perfect aan, ze spelen in dienst van de ander, de solo's zijn gefocust, en ze slagen erin om een gezamenlijke muzikale kleur te geven. Ook het prachtige "Ask I Won't Tell" begint met gestructureerde aanpak, een licht dansende melodie met de de trompet die het thema van de sax echoot, de weg vrijmakend voor een lang en krachtig solo van Kelsey. Beide blazers mogen er zijn en Kelsey's keuze om Carlson bij zijn band te vragen verbaast niet, want beiden beschikken over een warme toon, een melodische en gestructureerde aanpak die ze combineren met een creatieve en abstracte toonzetting. Dit nummer toont dit prachtig aan. Zoals Kelsey het zelf zegt, is dit waarschijnlijk zijn meest toegankelijk album, "Maybe, although it's a wildly relative judgment. Kenny G (or even Branford Marsalis) this ain't. It simply is what it is. I dig it, and hope you do, as well." Dat doen we zeker.

For the English version, click HERE

No comments: