Sunday, May 20, 2007
Tomchess & The Lovedogs - In The Beautiful Future (Foot Jumbo Records, 2007) ***
World jazz is zoals vele fusion vaak een arrogante poging om verschillende stijlen zonder raakvlak met elkaar te verbinden. Niet zo op deze CD van Tomchess & The Lovedogs, die pas uitgebracht is (te vinden op CD Baby en iTunes), en die een mix brengt van Arabische muziek, jazz (en ambient). Tom Chess zelf speelt ney, oud, blaasinstrumenten, gitaar, djembé, en heeft zijn kennis van deze instrumenten verrijkt door bijkomende opleidingen in Afrika en Azië . Op deze dubbelaar wordt hij begeleid door Shane Shanahan en Ravi Padmanabha op percussie, Nathan Peck op bas en Alicia Rau op trompet, allen doorgewinterde muzikanten met een zeer brede opleiding en ervaring in jazz en wereldmuziek. Het leuke van deze CD is dat de eerste invalshoek de wereldmuziek is, letterlijk, want Tom Chess brengt verschillende nummers eerst solo op oud of ney, en het daaropvolgende nummer brengt eigenlijk hetzelfde thema met de volledige band. Bovendien zijn de muzikanten goed, dat merk je in de lange improvisaties, en dat onderscheidt deze groep van de zovele halfslachtige pogingen van andere bands in hetzelfde genre. De algemene kleur blijft echter sterk wereldmuziek, ook de straatgeluiden of stemmen die af en toe als achtergrond in de mix worden gegooid werken functioneel. Dit is pretentieloze, respectvolle, leuke wereldjazz, verfrissend en licht verteerbaar als een lekker voorgerecht.
For the English version, click HERE
Thursday, May 17, 2007
Rodrigo Amado - Teatro (European Echoes, 2006) ****
De Portugese saxofonist Rodrigo Amado lijkt wel Ken Vandermark te vervangen in dit trio met Kent Kessler op bas en Paal Nilssen-Love op drums. Vandermark speelde met beiden al vele malen samen in alle mogelijke groepssamenstellingen. Amado is één van de saxofonisten van de Lisbon Improvisation Players, met wie ook Denis Gonzalez al enkele malen opnames maakte. Amado is wel een totaal andere saxofonist, iets zachter, zoekender, melodieuzer, en minder energiek maar dat is niet moeilijk. De kracht van de groep is dat ze samen muziek creëren, variërend tussen aarzelend en intens, elkaar kalmerend, opjagend, tot hoogtepunten drijvend, maar zonder focus te verliezen, en met voldoende variatie in de manier waarop ze hun instrumenten bespelen om fris te blijven, zelfs in de lange eerste twee nummers. Het tweede, Pandora's Box, begint traag en zoekend, maar evolueert naar een ritmisch feest vol intensiteit en spelplezier, waar zowel Kessler en Nilssen-Love de ruimte krijgen voor boeiende solo's. Op het titelnummer haalt Kessler zijn strijkstok boven, Amado zijn baritonsax, en samen zetten ze het meest abstracte stuk van het album in, gevolgd door drumtoetsen en accentueringen. Dit is geen toeterfeest, maar zeer beheerste, elegante, relatief toegankelijke freejazz gebracht door drie uitzonderlijke muzikanten.
For the English version, click HERE
Sonny Simmons - Tales Of The Ancient East/For Ustad Bismillah Khan (Parralactic 39 & 40, 2002) ****
Dit is een uitzonderlijke CD, die je moet horen als je houdt van wereldjazz. Sonny Simmons brengt hier een spirituele en muzikale tocht die even repetitief als boeiend is, maar het geheel is overweldigend. Ik heb die CD nu al verschillende keren beluisterd en slaag er niet in om het ene nummer van het andere te onderscheiden, maar dat doet er niet toe, ik denk dat dit nu net het hypnotiserende, trance-creërende effect creëert (niet dat ik hier trillend en bevend met mijn ogen draaiend over de grond lig te rollen, maar toch bijna). Harmonium en synthesizer van Rosie Shakarian leggen een permanente achtergrond, de basclarinet van Brian Glick volgt hen in de diepe ondertonen, maar geeft af en toe accenten, en daar bovenop soleert Sonny Simmons op althobo, een weinig gebruikelijk instrument, dat hij bespeelt met Arabische toonaard, en dat in combinatie met de diepe klank een onwaarschijnlijk klagende toon krijgt. Brandon Evans brengt daar met zijn dwarsfluit of Indische shenai (zoiets wat slangenbezweerders hanteren) wat reliëf in door in contrapunt te spelen, of dezelfde melodie te herhalen. Af en toe wordt er wat gezongen in het Arabisch, de enige percussie is als de clarinettisten wat "tongue-slappen" (hoe zeg je dat in het Nederlands?). Eén uniek concept, herhaald in elk nummer, geeft het album een zeer sterke coherentie uiteraard, maar geloof me, dit is sterk.
For the English version, click HERE
Labels:
Free jazz recensies,
Worldjazz recensie
Sunday, May 13, 2007
Sax trio - Mainstream
Af en toe kom ik mainstream jazz albums tegen die zeer dicht bij de muzikaliteit en vrijheid van geest liggen die ik zo waardeer in freejazz. Deze albums zijn meestal van kleine ensembles, trio's of duo's. Hier zijn er vier, alle warm aanbevolen.
Jeff Johnson - Near Earth (Origin, 2004)
Dit album is zacht, intiem, maar toch intens, creatief en zo cool als maar kan. Jeff Johnon is een groots en gevoelig bassist, Hans Teuber heeft zowel kracht als variatie in toon in zijn sax, zelfs in de zachtere stukken en Tad Britton accentueert perfect. Bluesy, boppy, een prima album.
Lenny Popkin (Lifeline Records, 2000)
Dit album ligt qua tonaliteit zeer dicht bij het vorige, zelfs nog iets meer "cool jazz", met Lenny Popkin op Sax, zijn vrouw Carol Tristano (ja, de dochter van ...) op drums en de grote Eddy Gomez op bas. Lenny Popkin speelt alsof hij fluistert in zijn sax, alsof hij te bedeesd is om gehoord te worden, en bas en drums bieden lichte, functionele steun. Zijn saxspel leunt aan bij de muzikale erfenis van Lennie Tristano, en herinnert aan Warne Marsh en Lee Konitz. Zelfs in de uptempo stukken heb je de indruk dat dit trio angst heeft om volume te creëren. Omdat ik niet echt een liefhebber van cool jazz, is dit een verrassende nieuwe invalshoek.
Branford Marsalis - Trio Jeepy (Columbia, 1988)
Dit album is een eerbetoon aan de meesters : Ellington, Strayhorn, Carmichael, Rollins en zelfs Ornette Coleman. Branford Marsalis, Jeff Tain Watts en Milt Hinton zijn in absolute topvorm en ze hebben zo veel plezier bij het spelen van deze stukken, dat je zelfs de muziek hoort glimlachen. Ze demonstreren alle drie hun verbluffende technische vaardigheden, met subtiele toonvariaties die uiteraard binnen de grenzen vallen van wat in mainstream aanvaardbaar is, maar het samenspel tussen de muzikanten en de muziek zelf krijgt de meeste aandacht. De recht-toe-recht-aan benadering van de CD wordt nog geïllustreerd door het feit dat enkele foutjes en het naar elkaar toeroepen tussendoor op het album gebleven zijn. De beste stukken zijn "The Nearness Of You" en "Peace".
Steve Swallow - Damaged In Transit (EMC Records, 2001)
Na drie meer rustige CD's, biedt deze een totaal andere benadering. Intenser, meer uptempo; met Swallow's bas die vaak meer een melodisch dan een ritmisch instrument is en unisono speelt met Chris Potter op sax, ondersteund door Adam Nussbaum op drums. Als je houdt van meesterlijk samenspel en creatieve intensiteit, zoek dan niet verder. Alle stukken heten "Item", en "Item 1" start meteen als een uptempo roetsjbaan, "Item 2" herinnert aan zijn samenwerking met Carla Bley op "Songs With Legs". Swallow's 5-string elektrische bas maakt het mogelijk om solo te spelen op een totaal andere manier dan een bassist met een staande bas dat zou kunnen, zoals hij illustreert op "Item 6". Zijn composities liggen meer in de stijl van Monk, sterk opgebouwde stukken met onverwachte veranderingen, blues-geïnspireerd en af en toe harmonische spielerei. Hoogtepunten zijn "Item 6" en "Item 8/Item9" waarop het samenspel zo hecht is dat je het haast niet kan geloven. Dit is een ondergewaardeerd en relatief ongekend live album. Iedereen met zelfs maar de minste belangstelling in jazz zou dit album moeten zoeken.
For the English version, click HERE
Jeff Johnson - Near Earth (Origin, 2004)
Dit album is zacht, intiem, maar toch intens, creatief en zo cool als maar kan. Jeff Johnon is een groots en gevoelig bassist, Hans Teuber heeft zowel kracht als variatie in toon in zijn sax, zelfs in de zachtere stukken en Tad Britton accentueert perfect. Bluesy, boppy, een prima album.
Lenny Popkin (Lifeline Records, 2000)
Dit album ligt qua tonaliteit zeer dicht bij het vorige, zelfs nog iets meer "cool jazz", met Lenny Popkin op Sax, zijn vrouw Carol Tristano (ja, de dochter van ...) op drums en de grote Eddy Gomez op bas. Lenny Popkin speelt alsof hij fluistert in zijn sax, alsof hij te bedeesd is om gehoord te worden, en bas en drums bieden lichte, functionele steun. Zijn saxspel leunt aan bij de muzikale erfenis van Lennie Tristano, en herinnert aan Warne Marsh en Lee Konitz. Zelfs in de uptempo stukken heb je de indruk dat dit trio angst heeft om volume te creëren. Omdat ik niet echt een liefhebber van cool jazz, is dit een verrassende nieuwe invalshoek.
Branford Marsalis - Trio Jeepy (Columbia, 1988)
Dit album is een eerbetoon aan de meesters : Ellington, Strayhorn, Carmichael, Rollins en zelfs Ornette Coleman. Branford Marsalis, Jeff Tain Watts en Milt Hinton zijn in absolute topvorm en ze hebben zo veel plezier bij het spelen van deze stukken, dat je zelfs de muziek hoort glimlachen. Ze demonstreren alle drie hun verbluffende technische vaardigheden, met subtiele toonvariaties die uiteraard binnen de grenzen vallen van wat in mainstream aanvaardbaar is, maar het samenspel tussen de muzikanten en de muziek zelf krijgt de meeste aandacht. De recht-toe-recht-aan benadering van de CD wordt nog geïllustreerd door het feit dat enkele foutjes en het naar elkaar toeroepen tussendoor op het album gebleven zijn. De beste stukken zijn "The Nearness Of You" en "Peace".
Steve Swallow - Damaged In Transit (EMC Records, 2001)
Na drie meer rustige CD's, biedt deze een totaal andere benadering. Intenser, meer uptempo; met Swallow's bas die vaak meer een melodisch dan een ritmisch instrument is en unisono speelt met Chris Potter op sax, ondersteund door Adam Nussbaum op drums. Als je houdt van meesterlijk samenspel en creatieve intensiteit, zoek dan niet verder. Alle stukken heten "Item", en "Item 1" start meteen als een uptempo roetsjbaan, "Item 2" herinnert aan zijn samenwerking met Carla Bley op "Songs With Legs". Swallow's 5-string elektrische bas maakt het mogelijk om solo te spelen op een totaal andere manier dan een bassist met een staande bas dat zou kunnen, zoals hij illustreert op "Item 6". Zijn composities liggen meer in de stijl van Monk, sterk opgebouwde stukken met onverwachte veranderingen, blues-geïnspireerd en af en toe harmonische spielerei. Hoogtepunten zijn "Item 6" en "Item 8/Item9" waarop het samenspel zo hecht is dat je het haast niet kan geloven. Dit is een ondergewaardeerd en relatief ongekend live album. Iedereen met zelfs maar de minste belangstelling in jazz zou dit album moeten zoeken.
For the English version, click HERE
Saturday, May 12, 2007
Sax trio
Sinds Sonny Rollins het album Way Out West uitbracht 1957, met Shelley Manne op drums en Ray Brown op bas, is de sax-bas-drums bezetting populair geworden, en zeker in freejazz omdat ze zoveel ruimte biedt voor ongeremd solowerk, voor dynamisch samenspel en zeker voor powerplay zonder dat je je om de arrangementen moet bekommeren die nodig zijn om een grotere bezetting uit de chaos te houden. Rollins bleef de trio-bezetting behouden voor enkele van zijn latere albums, waarvan de meest aanbevolen Night At The Village Vanguard en Freedom Suite zijn.
Hier is een lijst van sax trio's die ik kan aanbevelen (geen specifieke volgorde, maar met mijn voorkeur-CD's in het groen aangeduid):
Free jazz
Albert Ayler - Spiritual Unity
Charles Gayle - verscheidene
Trio X - alle de moeite waard
Peter Brötzmann - meer dan één de moeite
Ed Blackwell - What It Take
Michael Blake - Right Before Your Very Ears
Michael Bisio - Composance
Tim Berne - Paraphrase/Pre-emptive Denial
Rashid Bakr/Gjerstad/Parker - Seeing New York From The Ear
Roscoe Mitchell -verscheidene
Joseph Jarman - verscheidene
The Thing - Live At Bla, Garage, Crazy Wisdom
Tripleplay - Gambit
Aoki/Hunsinger/Jarman
Vandermark/Oles/Oles - Ideals
Frode Gjerstad - The Welsh Chapel; The Other Side; Last First (en veel meer)
DKV Trio - Live At Wels & Chicago
Drake, Beger, Parker - Evolving Silence Vol. 1 & 2
Fred Anderson - The Milwaukee Tapes (with William Parker, Hamid Drake) - en veel meer
Free Music Ensemble - Cuts
Gebbia/Ligeti/Pupillo - The Williamsburg Sonatas
Natural History - Fur
Michael Marcus - Ithem
Ivo Perelman - Black On White
Assif Tsahar/Peter Kowald/Rashied Ali - Deals, Ideas + Ideals
Adam Lane Trio - Zero Degree Music, Music Zero Degree
Liebig/Golia/Mintz - No Train
Maghostut Trio - Live At Last
William Parker - ... And William Danced
Kahil El'Zabar - Renaissance Of The Resistance (en veel meer)
Kidd Jordan - Palm Of Soul
John Heward - Let Them Pass
Dewey Redman - Tarik
Peter Janson - Live At The Glenn Miller Café
Modern creative
Spaceways Inc. - Version Soul (Vandermark, McBride, Drake)
Spaceways Inc. - 13 Cosmic Standards
Rodrigo Amado - Teatro
Michael Bates - Outside Sources
Mark Helias - Atomic Clock
Thomas Chapin - Third Force Live
Tony Malaby - Adobe
David Murray - Circles Live In Cracow
Julian Argüelles - Partita
Greg Osby - Channel Three
Jason Roebke - Rapid Croche
Oles/Trzaska/Oles - Mikro Muzik, LA Sketch Up
Oles/Pieronczyk/Oles - Gray Day
Oles/Jörgensmann/Oles
Adam Pieronczyk - Plastinated Black Sheep
Danny Zamir - Satlah, Exodus
Nicolas Simion - Nick At Night, Back To The Roots
Sticks & Stones - Shed Grace
Henri Texier - Remparts d'Argile
Mainstream
Branford Marsalis - Trio Jeepy
Loren Stillman - Trio Alto
We Three - Three For All (Liebman, Swallow, Nussbaum)
Steve Swallow - Damaged In Transit
Jeff Johnson - Near Earth
Lenny Popkin - Lenny Popkin
Modern - funk/rock-influenced
Living Daylights - several
Happy Apple - all of them
Slang - Los Locos, Save The Chills
Erwin Vann - Some Sounds
AKA Moon - only the early ones are worth listening to
For the English version, click HERE
Mark Helias - Atomic Clock (Radio Legs, 2006) ****
Bassist Mark Helias brengt met zijn ensemble "Open Loose", bestaande uit Tony Malaby op sax en Tom Rainey op drums, een zeer knap trio album, met Ellery Eskelin die hen op één nummer bijtreedt op sax. Deze drie top-muzikanten brengen moderne jazz zoals die hoort te klinken : opwindend, gevoelig, technisch sterk en in symbiotisch samenspel. Enkele hoogtepunten zijn het schrijnend solo van Malaby op "Chavez", de ritme- en tempowisselingen in "Cinematic", het tragere, bluesy "Momentum Interrupted", de op elkaars schouders huilende saxen van Eskelin en Malaby op "Modern Scag", het avantgardistische maar superkorte "Atomic Clock", de emotionele spankracht van "Zephyr", ... dat zijn nogal wat hoogtepunten voor één CD.
De naam van de band is niet toevallig. Helias legt een solide fundering met zijn composities, maar eenmaal die duidelijk is, bouwen de muzikanten er een zeer open en losse improvisatie rond, één die nog alle kanten kan uitgaan en die de muzikale uitdrukkingskracht slechts verhoogt.
For the English version, click HERE
Friday, May 11, 2007
François Corneloup - u.l.m. (Circum Girum, 2007)***
François Corneloup op bariton sax, Marc Ducret op gitaar en Martin France op drums, brengen U.L.M, wat staat voor Ultra Léger Musical, naar analogie met de Ultra Léger Motorisé, de gemotoriseerde lichte vliegtuigen. De definitie zegt al iets van het soort muziek dat ze brengen : vliegend, licht en wendbaar, maar tegelijk met een sterke aandrijving, zich niet zomaar laten meeslepen door de wind. Het trio werkt rond vooraf duidelijke compositorische afspraken en structuur, met invloeden uit freejazz, avant-garde en prog rock. En de muziek past perfect bij het kunnen van de muzikanten. Ducret, die we kennen van zijn solowerk, maar ook van zijn jarenlang samenspel met Tim Berne, heeft een zeer herkenbare harde rock-aanslag in zijn gitaarspel en ook in de klank van zijn instrument, maar hij beheerst jazz tot in de topjes van zijn vingers, maar ook dat zal hem worst wezen, de kunst is wat je uit het instrument haalt, ongeacht het genre. Corneloup heeft een zeer warme, emotionele toon in zijn spel, variërend van lyrisch tot krachtig spel, en in die zin bezorgt het drumwerk van Martin France de perfecte aanvulling, hij kan zeer lichte accenten geven, maar ook hard tekeer gaan. En dat is het leuke aan deze band : een voor de luisteraar verrassende tocht, zonder herhalingen van thema's en zonder herkenbare structuur, en toch is die er, de melodieën zijn abstract mooi, met soms abrupte en grote toonverschillen, maar het is allemaal coherent en boeiend. Corneloup is een prachtig solist die door de warmte van zijn toon de valkuil van de afstandelijke avantgarde vermijdt. Een mooie vlucht, wars van elk cliché, rijk aan ideeën en toch gevoelig, en één om vele malen te nemen wat nodig is om ze volledig te kunnen smaken.
For the English version, click HERE
Thursday, May 10, 2007
Eye Contact - Embracing The Tide/Making Eye Contact With God (Utech, 2005) ****
Matt Lavelle, trompettist en bas clarinetist, vormt met Matt Heyner op bas en Ryan Sawyer op drums de groep "Eye Contact" die bij Utech deze sublieme dubbelaar uitbrachten, meer dan twee uur vrije live improvisatie, opgenomen tijdens twee optredens. Desondanks blijft het een serieuze uitdaging en ze ontgoochelen niet. Lavelle blijft creatief bezig met melodie en toonexploraties, emotioneel en intens, met een begeleiding die zowel in de zachte als op de harde momenten perfect aanvult. Het geheel biedt rijke, impactvolle muziek die blijft boeien. Mij toch in elk geval, het enige storende element is het beperkte publiek dat bij de zachtere stukken blijft doorpraten aan de toog alsof er geen optreden plaatsvindt. Gaandeweg verstommen ze gelukkig als Lavelle en band de aandacht weten te vangen, en ze brengen het zelfs zo ver dat het publiek spontaan en enthoesiast begint te roepen en klappen . Niet altijd voor gevoelige oren, wel voor gevoelige zielen.
For the English version, click HERE
Wednesday, May 9, 2007
William Parker & Hamid Drake - Volume 2 - Summer Snow (AUM Fidelity, 2007) ****
William Parker en Hamid Drake, waar hebben we die nog gehoord? Niet enkel op bas en drums, maar ook op doson'ngoni (Afrikaans soort gitaar), shakuhachi (Japanse fluit) en een hele reeks kleinere percussie. Met deze ingrediënten maken de twee meesters er een intiem en polyritmisch wereldmuziekjazzfestival van, een spirituele tocht naar de essentie van muziek en samenspel, nu eens vrolijk, dan trance-creërend, of hypnotiserend, dan weer droevig, of rustig mediterend ... maar bovenal, deze kerels genieten intens van wat ze doen, van wat ze samen doen, eenvoudig, beheerst, maar muzikaal rijk en elkaar perfect aanvoelend. Er is eigenlijk maar één echt jazznummer, "Anaya Dancing" een duo van drums en bas en hier halen ze werkelijk alles uit de kast wat hen al die jaren bijeen heeft gehouden : tempowisselingen, accenten leggen, boppen, uitfreaken, ruimte laten, de ander opdrijven, anticiperen, ritmes herverdelen, you name it... ze doen het hier, en met wat voor een plezier. Music is fun.
Lafayette Gilchrist & Hamid Drake - Duets Live At The Vision Festival (Hyena Records, 2007) **
En wat een verschil is deze CD. Lafayette Gilchrist is een pianist met een nogal eigen stijl, rommelend, vullend, daverend, zonder enige ruimte te laten, altijd maar voortjagend en zoals hij improviseert of deze CD, vraag ik me af of hij zelf wel weet waar hij naartoe gaat. De titel is Duets, maar bij momenten vraag ik me af of Gilchrist wel weet heeft van het feit dat er een drummer hem begeleidt, zo weinig interactie is er tussen beide muzikanten. Gilchrist jaagt maar voort en Drake tracht er greep op te krijgen, maar vaak vruchteloos. De allereerste CD van Gilchrist leek wel iets wegens zijn aparte stijl, maar dit is niks.
Both CD's can be downloaded on emusic.om
For the English version, click HERE
Sunday, May 6, 2007
Snelle Recensies
John Abercrombie - The Third Quartet (ECM, 2007)
John Abercrombie is zeer productief de laatste tijd. Hier verenigt hij opnieuw zijn kwartet met Mark Feldman op viool, Marc Johnson op bas en Joey Baron op drums. Zijn elektrische gitaar klinkt rauw en gevoelig, en hij slaagt er als naar gewoonte in om spanning te creëren én variatie te brengen zonder te vervallen in nodeloos geknoei met elektronische vervorming of door veelnotenspelerij. Het eerste nummer "Banshee" begint al knap, met zenuwachtige gitaar en drums, ondersteund door iets rustiger viool en bas. Abercrombie zet hier knappe composities neer en hij blijft de meester van het economisch gitaarspel. Liever minder dan meer en de impact is des te groter. Andere hoogtepunten zijn "Round Trip" en "Elvin", waarin Feldman prachtig soleert.
Scott Colley - Architect Of The Silent Moment (Camjazz, 2007)
Bassist Scott Colley laat zichzelf hier begeleiden door enkele toppers van de moderne jazz : Craig Taborn op piano, Ralph Alessi op trompet, Antonio Sanchez op drums, met dan bovenop nog enkele gasten : Adam Rogers op gitaar en Jason Moran op piano. De CD is ondanks de soms abstracte melodieën relatief toegankelijk. Technisch zeer sterk hoewel ik soms graag wat meer lef had gehoord.
Anat Fort - A Long Story (ECM, 2007)
Een nieuwe stem bij ECM : de piano van Anat Fort. Met Perry Robinson op clarinet, Ed Schuller op bas en Paul Motian op drums. Rustige, typische ECM muziek : knap geproducet, uitstekende geluidskwaliteit, prima muzikanten, maar hebben we dit alles al niet ergens gehoord? Paul Motian is de echte ster van dit album. Voor de liefhebbers van rustiger muziek.
John Lindberg & Karl Berger - Duets 1 (Between The Lines, 2007)
Meesterbassist John Lindberg speelt in duo met meestervibrafonist pianist Karl Berger. Ingetogen en intimistisch wentelen ze om elkaars improvisaties heen. Niets spetterends. Knap, maar niet meer dan dat.
Branford Marsalis Quartet - Braggtown (Marsalis Music, 2007)
Dit kwartet heeft de voorbije jaren al puik werk afgeleverd en nu overtreffen ze zichzelf nogmaals. Braggtown is een album dat meer aandacht waard is dan deze beperkte recensie die ik eraan wijd, maar ja dit is geen mainstream jazz blog, daarom. Al vanaf de eerste tonen van Jack Baker hoor je dat er iets speciaals te gebeuren staat - de vlam in de pijp en die blijft erin tot het eind, ook de rustige stukken zijn intens en houden ononderbroken de aandacht vast. De toon van Marsalis is loepzuiver en zijn spel, zeker in de improvisaties, weergaloos. Toppers zijn het uptempo "Blakzilla" met tegendraadse ritmes en wonderlijk samenspel van de band, met kudo's voor Jeff "Tain" Watts op drums, en het daarop volgende "O Solitude", een trage bluesy ballad waarin Marsalis op sopraansax een melodie uit zijn hoed tovert die bij Bach niet zou misstaan, mooi, mooi, mooi.
Keith Jarret - The Carnegie Hall Concert (ECM, 2007)
Eindelijk nog eens een soloplaat van Keith Jarrett, dat was lang geleden. Hier kan hij vrijuit gaan, ongehinderd, zonder rekening te moeten houden met begeleiders, en wat hij brengt, herinnert ons aan zijn beste stukken uit het verleden.
Hij brengt hier abstracte stukken (part IV), modern klassiek, maar ook bijna "poppy" melodieën (part VII), rustige romantische stukken (part III en VIII), waar zelfs zijn geneuzel in ontbreekt, zelfs My Song brengt hij opnieuw. Ik hoor hem het liefst op de langere stukken, met een repetitief dreunende hypnotische linkerhand, waarbovenop zijn rechter dan de prachtigste improvisaties tovert (part X). Hij spreekt zijn publiek zelfs (onverstaanbaar) toe op het eind, en dat mag op zich al een wonder heten en je moet er wel tegen kunnen dat het applaus integraal op de CD staat, maar dit album is de moeite waard.
For the English version, click HERE
John Abercrombie is zeer productief de laatste tijd. Hier verenigt hij opnieuw zijn kwartet met Mark Feldman op viool, Marc Johnson op bas en Joey Baron op drums. Zijn elektrische gitaar klinkt rauw en gevoelig, en hij slaagt er als naar gewoonte in om spanning te creëren én variatie te brengen zonder te vervallen in nodeloos geknoei met elektronische vervorming of door veelnotenspelerij. Het eerste nummer "Banshee" begint al knap, met zenuwachtige gitaar en drums, ondersteund door iets rustiger viool en bas. Abercrombie zet hier knappe composities neer en hij blijft de meester van het economisch gitaarspel. Liever minder dan meer en de impact is des te groter. Andere hoogtepunten zijn "Round Trip" en "Elvin", waarin Feldman prachtig soleert.
Scott Colley - Architect Of The Silent Moment (Camjazz, 2007)
Bassist Scott Colley laat zichzelf hier begeleiden door enkele toppers van de moderne jazz : Craig Taborn op piano, Ralph Alessi op trompet, Antonio Sanchez op drums, met dan bovenop nog enkele gasten : Adam Rogers op gitaar en Jason Moran op piano. De CD is ondanks de soms abstracte melodieën relatief toegankelijk. Technisch zeer sterk hoewel ik soms graag wat meer lef had gehoord.
Anat Fort - A Long Story (ECM, 2007)
Een nieuwe stem bij ECM : de piano van Anat Fort. Met Perry Robinson op clarinet, Ed Schuller op bas en Paul Motian op drums. Rustige, typische ECM muziek : knap geproducet, uitstekende geluidskwaliteit, prima muzikanten, maar hebben we dit alles al niet ergens gehoord? Paul Motian is de echte ster van dit album. Voor de liefhebbers van rustiger muziek.
John Lindberg & Karl Berger - Duets 1 (Between The Lines, 2007)
Meesterbassist John Lindberg speelt in duo met meestervibrafonist pianist Karl Berger. Ingetogen en intimistisch wentelen ze om elkaars improvisaties heen. Niets spetterends. Knap, maar niet meer dan dat.
Branford Marsalis Quartet - Braggtown (Marsalis Music, 2007)
Dit kwartet heeft de voorbije jaren al puik werk afgeleverd en nu overtreffen ze zichzelf nogmaals. Braggtown is een album dat meer aandacht waard is dan deze beperkte recensie die ik eraan wijd, maar ja dit is geen mainstream jazz blog, daarom. Al vanaf de eerste tonen van Jack Baker hoor je dat er iets speciaals te gebeuren staat - de vlam in de pijp en die blijft erin tot het eind, ook de rustige stukken zijn intens en houden ononderbroken de aandacht vast. De toon van Marsalis is loepzuiver en zijn spel, zeker in de improvisaties, weergaloos. Toppers zijn het uptempo "Blakzilla" met tegendraadse ritmes en wonderlijk samenspel van de band, met kudo's voor Jeff "Tain" Watts op drums, en het daarop volgende "O Solitude", een trage bluesy ballad waarin Marsalis op sopraansax een melodie uit zijn hoed tovert die bij Bach niet zou misstaan, mooi, mooi, mooi.
Keith Jarret - The Carnegie Hall Concert (ECM, 2007)
Eindelijk nog eens een soloplaat van Keith Jarrett, dat was lang geleden. Hier kan hij vrijuit gaan, ongehinderd, zonder rekening te moeten houden met begeleiders, en wat hij brengt, herinnert ons aan zijn beste stukken uit het verleden.
Hij brengt hier abstracte stukken (part IV), modern klassiek, maar ook bijna "poppy" melodieën (part VII), rustige romantische stukken (part III en VIII), waar zelfs zijn geneuzel in ontbreekt, zelfs My Song brengt hij opnieuw. Ik hoor hem het liefst op de langere stukken, met een repetitief dreunende hypnotische linkerhand, waarbovenop zijn rechter dan de prachtigste improvisaties tovert (part X). Hij spreekt zijn publiek zelfs (onverstaanbaar) toe op het eind, en dat mag op zich al een wonder heten en je moet er wel tegen kunnen dat het applaus integraal op de CD staat, maar dit album is de moeite waard.
For the English version, click HERE
Friday, May 4, 2007
Balkan jazz - Top albums
Balkan jazz is eigenlijk een vorm van fusion - een jazz-versie van balkanmuziek (ritmes, melodieën), jazz zijn qua bezetting, en geen wereldmuziek. Het hoeven uiteraard geen inwoners van de balkan te zijn, maar het helpt wel, als je naar het lijstje hieronder kijkt. Anderzijds verdienen enkele Amerikanen een paspoort voor elk balkanland, zoals saxofonist Matt Darriau en gitarist Brad Shepik. Balkan muziek is op zich al een mix van invloeden : Europese folk, roma-muziek, Turks en joodse klezmer. De complexiteit van de ritmes, de rol van vrije improvisatie en de openheid voor andere muzikale vormen, maken deze muziek naar de geest zeer verwant aan jazz.
- Babkas - Fratelli (Briggan Kraus, Brad Shepik en Aaron Alexander)
- Ekrem & Gypsy Grooves (de absolute real thing :eerder wereldmuziek, maar zo jazzy...)
- Goran Ivanovic Group (gitaar, sax, bas, drums)
- Vasili Nenad Band - Joe Jack (sax, piano, bas, drums)
- Paradox Trio - Flying At A Slant (Matt Darriau, Brad Shepik, Rufus Cappadocia, Seido Salifoski)
- Pachora -Unn (Chris Speed, Brad Shepik, Skuli Sverisson, Jim Black)
- Brad Shepik - The Well (meesterlijke US muzikanten)
- Nicolas Simion - Balkan Jazz (Roemeense jazz met enkele Duitsers)
- Slavic Soul Party - In Makedonija (Amerikanen brengen balkan fanfare)
- Ferenc Snetberger - Nomad (akoestische gitaar + bass + drums)
- Miroslav Tadic - Without Words (akoestische gitaar met Peter Epstein op sax)
- Vlatko Stefanovic & Miroslav Tadic - Krushevo (akoestische gitaar x 2)
- Samo Salamon - Arabian Picnic (Arabisch in naam, maar zeker Balkan : gitaar trio)
- Bojan Zulfikarpasic - Yopla! (meesterpianist, meer dan één goede CD)
- Dave Douglas' Tiny Bell Trio (Douglas, Shepik, Black)
- Borbely Mihaly - Crystal Mountain (reeds, guitar, bass, drums)
For the English version, click HERE
Wednesday, May 2, 2007
David S. Ware - Renunciation (Aum Fidelity, 2007) ****
De vorig jaar uitgebrachte Balladware was relatief zacht en toegankelijk, en sommige van David S. Wares CD's uit het verleden waren bij momenten moeilijk te beluisteren (maar de moeite), maar deze zou zelfs al wie nog niet overtuigd is van freejazz kunnen overtuigen van het belang van dit subgenre. Ware wordt begeleid door zijn gebruikelijke partners, Matthew Shipp op piano, Guillermo E. Brown op drums en William Parker op bass, alle drie topmuzikanten. Dit album is een live weergave van een optreden op het Vision Festival in 2006 in New York, en het is fantastisch. Je kan horen dat deze kerels al jaren hebben samen gespeeld door de wijze waarop ze elkaar anticiperen. "Ganesh Sound", het eerste nummer, brengt een trage piano melodielijn waarboven Ware zweeft met zijn diepe, expansieve toon, ook melodisch, maar harder, huilend, roepend, maar zonder de melodie te verstoren. "Renunciation Suite" bestaat uit drie delen, het eerste opgebouwd met intervallen, solo sax zonder begeleiding alternerend met stukken van de rest van de band, wat de vreemde indruk geeft van vreemden die elkaar onderweg ontmoeten en elkaar hele verhalen staan te vertellen, soms opgewonden, dan weer droevig, dan ingetogen, dan veranderend in een meer bop-getinte aanpak, met Shipp die dissonante geluiden voortbrengt, soms rechtstreeks de snaren van zijn piano betokkelend, altijd in directe respons met David S. Ware. Het tweede deel brengt woest en intens abstract samenspel, leidend naar een kalmer derde deel, maar niet minder intens, dat volledig bestaat uit piano en gestreken bas. En dat is waarschijnlijk één van de beste aspecten van dit album, namelijk dat Ware zijn bandleden de ruimte geeft om hun kunnen te tonen, iets wat hij niet altijd pleegt te doen (ik zou eens moeten checken, maar ik denk zelfs dat hij op zijn driedubbelaar Live In The World, op elk moment te horen is!). "Mikuro's Blues" is inderdaad een blues, maar interessant vervormd, met repetitieve piano van Shipp. David S. Ware heeft vele albums gemaakt, met veel invalshoeken, zoals het gebruik van elektronica, of verwijzend naar de traditie, of complete waanzinnige toeterfeesten, maar hij komt altijd het best tot zijn recht in een live omgeving, met het publiek dat een belangrijke rol speelt als enthoesiast respons-mechanisme, en dit album mag dan ook niet worden gemist.
Downloadbaar via emusic.com.
For the English version, click HERE
Tuesday, May 1, 2007
Frode Haltli - Passing Images (ECM, 2007) ***
Ik kende Frode Haltli niet. Maar dat was een fout aan mijn kant. Hij blijkt een uitmuntend accordeonist te zijn, een instrument dat hij al van zijn zevende levensjaar bespeelt, en waarmee hij tal van prijzen en wedstrijden heeft gewonnen. Maar een instrument beheersen is slechts één ding. De vraag is wat je ermee doet. En daar doet Frode Haltli veel mee. Dit album is prachtig. Het is het muzikale equivalent van op een rustige zomerdag op je rug in het gras naar de wolken liggen kijken en die langzaam aan je voorbij zien trekken. De wolken hebben vorm, maar geen structuur, ze hebben volume, maar geen substantie (en dat is niet negatief bedoeld). Haltli wordt hier perfect begeleid door Arve Henriksen op trompet, die er als naar gewoonte geluiden uithaalt die soms eerder aan een basfluit doen denken, door Garth Knox op viola, en met af en toe zang van Maja Solveig Kjelstrup Ratkje. Deze CD biedt een zeer sterke eenheid van visie, en biedt iets unieks op muzikaal gebied.
For the English version, click HERE
Subscribe to:
Posts (Atom)